Jawel. Lowlands zit er weer aan te komen. Deel drie van mijn tips / route / aanknopingspunten / houvast.
De zondag dus.
PAUW (13:00)
PAUW (uit Twente) is toch aardig door aan het breken met hun jaren zestig/zeventig psychedelica à la – pak ‘m beet – Pink Floyd, The Beatles, The Doors, The Byrds, of – meer uit deze tijd – Temples. Ze waren ook aanwezig op Oranjepop dit jaar: Ze tonen vandaag aan dat ze zijn gegroeid, zowel letterlijk als figuurlijk. Een extra bandlid dus, en dat zorgt voor een extra diepe lading en voller geluid, maar de heren hebben ook extra zelfverzekerdheid te pakken. En verdomd, ze gaan voor zoiets als een echt eigen smoel en geluid, ook al lijkt het een beetje op voorbeelden Temples, Tame Impala en andere psychedelische bands met wortels in de sixties en/of seventies. Het vele optreden heeft wellicht gezorgd voor deze stevige podiumpresentatie, met een flink aantal puike nummers die verdomd mooi in elkaar gedraaid zijn. Misschien is nog niet alles 100% raak, maar toch. Met nummers als “Shambhala” toont PAUW aan dat het zich inmiddels wel kan meten met die internationale toppers en da’s gewoon knap gedaan.
Afterpartees (13:30) [alternatief]
Ook uit eigen land. Ook best leuk. Stonden vorig jaar op het Valkhof Festival: ‘Dat het publiek zin in heeft dansen blijkt wel als de jonge Limburgers van Afterpartees het feest met gemak voortzetten op het andere podium. Zo druk als het hier ineens is heb ik bij dit podium nog niet eerder gezien. De vrolijke en dansbare meezing-poprock-met-een-punkig-randje die de jongens hier laten horen is erg aanstekelijk. Bovendien is de performance goed, Niek Nellen is een prettig zelfverzekerde entertainer met de nodige zelfrelativering en frisse praatjes. Hij draagt een nummer op aan Tommy Ramone en zowaar hebben de Afterpartees daar wel iets van weg (ze coveren ook The Undertones). Als er een bal op het podium komt en die wegschopt gaat Nellen spectaculair onderuit, maar het weerhoudt hem er niet van om wild te dansen en zichzelf in het gezicht te meppen als het nodig is. Credo lijkt: lullen en spelen. Snel achter elkaar liefst. Dat deze band zo’n beetje alle Nederlandse festivals aandoet dit jaar is volstrekt begrijpelijk. Een hoogtepunt van de dag.’
The Districts (14:10)
Jong Amerikaans indierockbandje. Vrolijke, beetje rock ’n roll-punk-indierock iets, vrij classic indierock eigenlijk. Basic drums ook. Stijl is standaard maar verder wel ok met wel een aardig scherp randje en prima gitaarwerk. Bij momenten wat flauwer of juist stadion-rock-achtig, maar met potentie? Je moet wat op dit tijdstip.
POND (16:00)
Australische band die bandleden deelt met Tame Impala. Gistarist/zanger (dat frêle kereltje) was vroeger ook gitarist in Tame Impala trouwens – destijds ook nog wel eens versleten als vrouwelijk lid van Tame Impala, haha. POND is eigenlijk net zo interessant als de grotere broer vind ik. POND is meer een muzikale uitlaatklep, terwijl Tame Impala meer een eenmansproject is van Kevin Parker. Grofweg lijkt de (jaren zestig of zeventig) psychedelische pop/rock wel op elkaar, maar waar Tame Impala doorgaans wat consistenter aanvoelt, is Pond juist wat losser, experimenteler en ongrijpbaarder. Het wisselt bij momenten rigoureus af tussen ongemakkelijk aanvoelende passages naar heilzame, zalvende melodieën. Een combinatie van dwarse pop, onverwachtse wendingen en uitbundige pracht, zo schreef ik over hun laatste album. En mocht Tame Impala later tegenvallen door die glijerige lome synthdance van ‘m, pak dan een pak POND mee. Dikke aanrader.
The Maccabees (15:55) [alternatief]
Wat pijnlijk is dat POND tegelijk is met The Maccabees, al kun je als je goed doorloopt in dik vijf minuten van podium wisselen. Vroeger in de hoek van dezelfde hoekige postpunk als Franz Ferdinand, Bloc Party, en The Futureheads (wie kent ze nog) aldus LL. Ze ontwikkelden zich meer tot een ‘caleidoscopische mix van panoramarock, vervreemdende psychedelica en soulvolle gitaarloopjes. Hun nieuwe sound en album laten een gestript geluid horen, met minder lagen, meer piano en percussie.’ Een redelijk veilig keus voor elk festival constateerde ik op Rock Werchter 2012. Met een prima nieuwe plaat, als ik dat zo hoor, blijven de bees wel in de (sub)top, dus dat had ik nog best een keer willen zien.
Benjamin Clementine (17:00) [tussendoor?]
Voormalig dakloze Fransman en nog steeds blootvoets optredend. Klinkt ook een beetje als oude franse chansons? Pop, jazz, soul, klassiek, singer-song. ‘Een kathedraal van mini-operaatjes’ noemt LL dat. Mja, best mooi, als je daar dan zin in hebt. Melancholische tranentrekkers bijna. Ingeleefd gezongen, niet eens 100% topzuiver op de plaat gek genoeg, maar wel bijna. Heeft ergens wel wat.
Wand (17:50)
En weer een bandje in de Charlie om naar uit te kijken. Doorgaans dik spacende stuiterende opgefokte psych-fuzz-garage-rock, maar ook ruimte voor het popliedje en zalvende melodietjes. Dus. Categorie Ty Segall, Thee Oh Sees, Meatbodies, Tame Impala. Of zoiets. Wordt dit de verrassing van Lowlands?
Ought (19:00)
Ik heb een bloedhekel aan die staalplaten vissenkom van een X-Ray waar het altijd te warm en te druk is, maar goed. Voor Ought, uit Montreal, maak ik wel een uitzondering. Ook een van die grotere onbekenden op Lowlands. Lijkt op Parquet Courts zeggen ze. Bezwerende donkere grimmige indie/postpunk dat bij vlagen ook wel iets weg heeft van het bezwerende van Swans. Vind ik. En de zang heeft wel wat weg van Mick Jagger, maar ik zal de enige wel weer zijn die dat vindt. LL omschrijft het aldus: ‘… 90’s emocore combineert met 80’s postpunk, 70’s artrock, 60’s protopunk en het avant-gardistische van een jamband op paddenstoelen. Alsof Fugazi, The Velvet Underground, The Fall en Talking Heads een robbertje aan het knokken zijn met te veel acid achter de kiezen. ‘ Okay.
Interpol (18:45) [alternatief]
Viel tegen op Lowlands.. eh.. 2007? 2011? Nieuwe plaat neigt ook meer naar hetzelfde volgens mij, maar ja, het blijft Interpol hè. Alhoewel. het lijkt wel erg op de Editors van vroeger hè. Nee, da’s duidelijk een grapje. Donkere postpunk dus, al staat me bij van dat vorige optreden dat het toen wel heel veel hetzelfde (gitaargeluid) klonk. In de herkansing wellicht.
Todd Terje & The Olsons (20:00) [tussendoor?]
Ik hou niet van dance? Okay, maar deze sound vind ik nog wel geinig. Lijkt op Falco Benz. Vrolijke huppelelectronica! Een Noorse house en disco-held, zo lezen we. Met band. Kan leuk zijn. Dus.
Dolomite Minor (19:50) [tussendoor?/alternatief]
Of toch even deze tussendoor, zo vlak voor Tame Impala vlakbij de Heineken tent? Duo zoals Royal Blood met ook wel een vleugje De Staat en QOTSA. Fijne massieve riffs wel, ronkende lompe stoner met nog verrassend luchtige zang. Gevaar van zo’n duo is wel vaak de eenvormigheid, maar goed. Daar ben je zelf bij…
Tame Impala (20:40)
Bijna een no-brainer deze Australische psych-band rondom multi-instrumentalist Kevin Parker. Doet alles zelf, maar is vandaag mét band uiteraard, waarvan een paar van POND (eerder op de dag). Benieuwd hoe die nieuwere (lome dance-synth-glijers) nummers het live doen, want ik hoe toch nog het meest van die lange psychedelische jams, de gitaren, en Beatleske catchyness van de eerste plaat. En vooruit, de tweede. Desalniettemin. Niet te missen.
Django Django (21:55)
En dan met z’n allen naar de Bravo rennen? Of toch even naar de dichtbij gelegen Charlie (zie hieronder)? Django Django op Rock Werchter 2013: ‘… de Schotse indierockband Django Django (woonachtig in Londen), dat vrolijke bandje uit met die frisse songs en kekke (Beach Boys-achtige) koortjes. Ze stonden natuurlijk ook op Lowlands vorig jaar … “Hail Bob” en “Storm” klinken dan wat wollig, maar niet zo erg als op Lowlands. “Default” is de instant hit die ook in België voor een opwindend moment kan zorgen, en met “Wor” en “Silver Rays” wordt de set fijn in wat hoger tempo afgesloten. Een goede keuze. Al met al vind ik het een fijn optreden, met een prima vrolijke band – vooral de grijns van Tommy Grace lijkt het hele optreden niet weg te slaan. ‘ Inmiddels met een nieuwe plaat onder de arm, en die is meer van hetzelfde. Wel weer aardig overigens.
Viet Cong (22:00) [alternatief]
Of toch even kijken bij de Canadese band Viet Cong, omdat ik die nog niet heb gezien? Lo-fi rammelend bijna garage-achtig midtempo indierock, met (te) valsige wringende zang. Met de noise zit het wel goed. Scherpe gitaren, donkere post-punk-gloed, interpol/editors-achtig met aardig schwung. Zomaar wat notities die ik maakte.