Vorig jaar was de eerste editie van Sonic Whip op Bevrijdingsdag nog een rustig festivaldagje in Doornroosje in Nijmegen, waarbij alleen de grote zaal open was en je tijdens het ombouwen even lekker met z’n allen naar buiten kon. Hoofdact was toen Monster Magnet en dat trok nog aardig publiek. Het festival, vooral in de hoek van stoner- en psychrock/-metal, is handig in hetzelfde weekend geplaatst als Desertfest London en Desertfest Berlin, en kon na vorig jaar duidelijk groeien op die locatie, zoals Soulcrusher daar al eerder bewees. Met acts als Colour Haze, Earthless en All Them Witches wordt dat succes ook gehaald dit jaar. Sonic Whip, oftewel ons eigen desertfest in Nijmegen, vult dit jaar twee zalen en is ram uitverkocht van tevoren. En terecht denk ik. Doornroosje weet wel hoe je prima bands naar Nijmegen kunt lokken en ze weten daar omheen ook de organisatie prima te verzorgen; voor bezoekers, maar zeker ook voor de bands zelf.
Natuurlijk is er dan wat charme weg van een rustig dagje bands kijken in een niet al te volle zaal, maar wat goed is komt snel. Een goede combinatie van een aantal gevestigde namen, aanstormende talent en wat pareltjes die nog in de dop zitten. Sonic Whip deel II pakt goed uit. Vooraf en achteraf. En dat kaartje had ik al als Early Whip I-fan al snel in mijn kontzak natuurlijk.
Dit jaar valt de Sonic Whip-zaterdag op 4 mei en is het fris, al is er wel wat ruimte voor de zon. Zo lekker zomers als vorig jaar is het zeker niet, maar dat boeit ook een stuk minder als het toch allemaal binnen is. We slaan gelijk maar een band over, je bent er toch, en dat gaat ten koste van het Zuid-Afrikaanse Ruff Majik. Eerder las ik nog ergens Biblical uit Canada op het affiche, maar wat daar mee is gebeurt mag Joost weten. We starten zelf in elk geval in een redelijk gevulde grote zaal (balkons zijn nog dicht) bij het Zweedse Skraeckoedlan (te vertalen als ‘monsterhagedis’ of ‘dinosaurus’), dat dikke houten planken fuzz zaagt (psychstoner) maar ook melodieus kan klinken en ook zeker wat rustpunten kent. Geinig zijn de wisselende solo’s tussen de twee gitaristen, wat minder goed is de zang, dat zo ook wel wat op de zang van Sólstafir (Aðalbjörn Tryggvason) lijkt. Leuke band, die blijkbaar nog net op tijd kwam binnenvallen na een flinke reis, maar hier niet verzaakt en een prettig optreden verzorgt, al dan niet een tikkeltje standaard. Twee metalen duivelhoorntjes in de lucht!
De eerste verrassing is er al vroeg in de kleine (Paarse) zaal met het Nijmeegse Bismut, niet te verwarren met doommetalband Bismuth, die we dit jaar op Roadburn zagen. Nieuw lokaal talent zou je bijna zeggen, maar het trio bestaat uit leden van oude bands als Bandito, Geiser, Emperors, Stoner Front Nijmegen en Jacky Heretic. Zeker geen koekenbakkers, maar stoners die weten waar de mosterd wordt gehaald. Dat klinkt verrassend fris en zeker geen standaard herhalingsoefening van voorgaande bands, althans niet in mijn beleving dan. Lekkere uptempo ritmes, erg groovy, en doorspekt met smakelijk doorzagende riffs. Het voelt wat progressief aan met een aanstekelijke schwung en de nodige tempowisselingen zodat het ook interessant blijft. Die zang laten ze inderdaad maar gewoon weg. Jammer misschien van de wat holle (snare)drum, zoals nog beter op de plaat te horen, maar Bismut geeft als geheel een heel fijn visitekaartje af.
Direct door naar het Noorse The Devil And The Almighty Blues (in 2017 nog gemist op Roadburn), dat – niet verrassend – veel meer into the blues is, noem het stonerblues(psych) met wat retro of seventies feeling in mijn beleving of gewoon een dosis doorsnee hardrock/bleusrock. Vooruit, dan wel eentje van het wat ruigere soort natuurlijk. De set, waarin ook een aantal nummers van het album nieuwe Tre, mist dan toch wel wat vaart door de rustige stukjes, waardoor ik er niet helemaal in mee kan gaan en dat is dan wel jammer, ondanks het sympathieke voorkomen van frontman Robert Johnson.
Het Amerikaanse REZN tapt weer uit een heel ander vaatje en klinkt in eerste instantie als een soort sfeerdoom in mijn oren, met een tikkeltje postrock en elektronica voor al uw psychedelische effecten. De bas klinkt rustig, maar funkt er lekker doorheen. Ook mooi, zo’n goedgeplaatste sax. Een beetje ambient psych, moet ik even denken. Nu wordt het ook wel degelijk fijn afgewisseld met wat hardere en lome (doompsych) riffs. Op een eerder album stond ook wat prominentere doomstoner zonder de elektronica, dacht ik toch. Interessante band, al heeft mijn lijf blijkbaar ook even behoefte aan een korte pauze. Misschien was het ook wel even genoeg van hetzelfde, maar ik zou de band nog best een keer wat intensiever willen onderzoeken. Misschien iets voor Roadburn ook.
Over dat festival gesproken… Waarom hadden we ook alweer de ‘Papir meets Electric Moon: The Papermoon Sessions’ gemist op Roadburn 2014? Ach ja, de eerste editie lieten we nog de Afterburner op zondag schieten, de vierde dag van dat festival. Het Duitse Electric Moon is in mijn beleving al niet eens een hele grote band, maar de zaal staat aardig vol. Sowieso verwonder ik me een beetje dat zo’n dag met – toch wel een tikkeltje – niche-acts zoveel publiek trekt. Enfin. Het trio trekt dus de zaal al aardig vol. Nu is multi-instrumentalist Sula Bassana (Dave Schmidt) ook geen onbekende in dit wereldje neem ik aan, in 2014 zagen we hem nog met een (eigen) band op Roadburn en in 2016 speelde hij op het festival mee op drums met Zone Six, maar dat had ik niet meer geweten denk ik als ik dat toen niet had opgeschreven. Vandaag in Electric Moon is hij toch ook wel de spil van de band en speelt hij gitaar met een shitload aan effecten, verder wordt het geluid aangevuld met Komet Lulu (zijn levenspartner, begrijp ik) op bas en Marcus Schnitzler (ook in The Spacelords), die Pablo Carneval ooit verving op drums, als ik het goed heb. Als geheel klinkt het als langzaam opgebouwde en uitgerekte hallucinerende kraut in een dikke psychedelische wolk, waarbij bas en drums vooral ter ondersteuning dienen aan het geluid van Schmidt. Echt helder klinkt het niet allemaal, daarvoor is het wat breierig/broeierig, maar dat is óf de bedoeling, óf het geluid staat niet helemaal lekker, en dat maakt in dit genre dan weer niet zoveel uit.
Het lukt ons dan weer om Temple Fang te missen in de kleine zaal, de nieuwe band van Dennis en Jevin (ex-Death Alley). Ze waren ook al te zien op Roadburn (woensdagavond en zaterdag). Maar goed, je moet ook echt een keer wat eten. Op FortaRock 2019 wellicht nog een kans, want daar staan ze ook op het programma. Stom genoeg had ik dan de hele tijd in mijn hoofd dat Causa Sui zou optreden tijdens Sonic Whip, maar ik had die band verward met het Duitse Colour Haze. De Duitsers had ik dus al eens gezien in 2017 in Doornroosje, dus dat maakt het ook gelijk iets minder erg dat we pas iets later de zaal in lopen. Dom dus. Ik herken de bassist op dat moment en daarmee kom ik er pas achter dat dit helemaal niet Causa Sui is. Hoe kan ik dat dan in mijn hoofd hebben gehad?Misschien doordat Causa Sui van het El Paraiso-label is, net zoals Papir, dat dan weer heeft opgetreden met Electric Moon, dat hier ook speelt vandaag. Ik weet het niet. Het beeld wijkt wel iets af van toen in 2017 waar Colour Haze toch echt optrad als trio en de gitaar van Stefan Koglek harder (maar lekker stevig) door de speakers klonk. Vandaag klinkt het iets meer in evenwicht, maar er is ook een vierde speler op toetsen/elektronica Dat zorgt voor iets meer balans en iets meer finesse. Wat minder smerig ook, dat wel. Misschien wat meer gedistingeerde stonerrock, maar daarom niet minder fijn, al is het wel wat lastiger om hierop uit je plaat te gaan vandaag. Toch bewijst de band met hun souplesse toch ook wel weer waarom ze een gevestigde naam zijn. Zeker in Duitsland dan.
De onbekendere bands staan dus in de kleine zaal en dat is niet zo gek. Ik ga eens op tijd naar Swedish Death Candy, dat leek me wel een wat eigenwijze band in het spectrum van vandaag. De Britten maken zitten een beetje in de hoek stevige, maar melodieuze, psychrock, met een lik garagerock. Richting Fuzz of Thee Oh Sees aldus het boekje. Ik sta aardig vooraan en daar wordt ik wel meegetrokken in de show, de aimabele frontman is behendig op zijn gitaar maar de bassist is helemaal een mannetje, die grootste bewegingen maakt op het podium. Het energieke beest speelt dan ook nog eens schijnbaar achteloos een sterk staaltje funk-bas, waardoor de groove er ook goed in blijft zitten. Leuke en behoorlijk strakke band, met op z’n minst een aantal hele fijne aanstekelijke nummers, ook al is het een tikkeltje cheesy hier en daar. Misschien wel de beste en leukste verrassing van de dag. Ook tof hoe de band net voor 20:00 uur stopt en de hele zaal uiteindelijk indrukwekkend muisstil is in verband met de dodenherdenking. Waarna de band de draad ook weer makkelijk oppikt moet ik zeggen.
Earthless uit San Diego mag dan wel gezien worden als de hoofdact in de grote zaal vandaag en die staat uiteraard behoorlijk vol. Het trio was vorig jaar nog ‘artist-in-residence’ op het Roadburn-festival en deed daar diverse optredens met o.a. Damo Suzuki en met Kikagaku Moyo in de ‘East Meets West Jam’. Het optreden vanavond lijkt heel erg op het eigen optreden van Earthless in de grote zaal, toen op de eerste (donder)dag. Verschil is wel dat vriendelijke brombasser Mike Eginton zijn snor er af heeft, als ik dat goed zie. Samen met drummer Mario Rubalcaba vormt hij een goed en strak ritmecombo waarop gitarist Isaiah Mitchell weer fijn kan excelleren. Hij zingt ook vanavond bij enkele nummers en doet dat eigenlijk niet zo slecht. De nummers zijn, zeker in het begin, nog best redelijk compact en er is best ruimte voor de bekende solo’s van Mitchell, maar in deze vorm is het nog grotendeels ingepast in de songstructuur, ruimte voor improvisatie en langdradig jamwerk lijkt vandaag meer tegen het einde van de set te zitten. Daarmee wordt het publiek grappig genoeg niet murw gebeukt, maar blijft de band opwindend klinken, steeds meer zelfs. Dat is knap, maar dan spreek je ook wel over een band met een door de wol geverfde (live)reputatie.
Een naam die al een tijdje ondergronds borrelt is het Engelse (Newcastle) Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs (of Pigsx7 als je lui bent), dus ik ga daar ook maar eens op tijd staan, al was ik geloof ik ook niet direct totaal onder de indruk van hun plaatwerk, maar wat niet is dat kan nog (live) komen natuurlijk. Aan de zanger zal het niet liggen zou je zeggen, die trekt al tijdens het eerst nummer zijn shirt uit en bid gelijk tot de stoner-goden. Het valt me wat rauw op mijn dak op een of andere manier, en steeds heb ik het gevoel dat er meer in zit. Heavy stoner of acid rock, met een lik psych. Ja, natuurlijk. Energiek ook, maar ik kan blijkbaar even wat minder met dit soort rechttoe rechtaan schreeuwstoner en ik mis even een bijzonder randje.
All Them Witches heeft dat wel in potentie, maar de band uit Nashville, Tennessee wil ook nog wel eens wat te rustig uit de hoek komen naar mijn smaak. Het is ook nooit goed, zou je kunnen zeggen. De band komt nog wel aardig stevig uit de startblokken (“Funeral for a Great Drunken Bird” geloof ik) en verder in de set komt de melodieuze kant ook nog wel aardig tot bloei moet ik zeggen. Ze laten hier ook een opvallend volwassen gedrag zien. Zo ziet de band er elke keer weer anders uit ook, nu hebben de heren weer lange haren, maar dat wappert dan wel lekker op zo’n festival. Het blijft een moeilijk grijpbare band, die af en toe fijn doorstonert (is dat een woord?), maar op een ander moment wat veel in meer belegen country/blues blijft hangen, een soort laidback modus. Maar omdat ik dat wel wist, kan ik er vanavond toch wel goed in meegaan, zeker met een uitstekende versie (dit keer) van “Alabaster”, een prima nummer om op te dansen (aldus de zanger), als ik dat goed heb onthouden. En daarna nog het fijne “Blood Sand/Milk And Endless Water” dat ze wel vaker op het einde spelen geloof ik. All Them Witches is geen hele dikke uitsmijter op het einde in de grote zaal, maar we zien wel een band die volgens mij in vorm is en gegroeid tot een volwassen band die met deze mix van stijlen zo’n grote zaal toch goed kan dragen.
Dan is het wellicht een flauwe woordspeling om het Zweedse Domkraft de domme kracht te noemen, als afsluiter in de kleine zaal. Even nog een setje dikke riffs om de dag af te sluiten, het is aardig, maar blijft allemaal een beetje hangen in hetzelfde. Massieve stonerpsych kan voor het juiste effect zorgen, maar ik wordt er niet direct enorm opgewonden van, maar dat komt dus vast ook omdat ik dan wel iets meer afwisseling en verrassing zou willen zien in plaats van dom en schreeuwerig doorbeuken. Maar wie ben ik? Ik ben vast verwend.
Och ja, wat dat betreft zou ik met elke band reuze blij zijn op festivals als Lowlands en Down the Rabbit Hole. Maar die programmeren breed en zeker grotendeels voor een ander soort publiek, uitzonderingen daargelaten natuurlijk. In het genre woestijnrock was Sonic Whip in elk geval weer een geslaagd dagje vol goede bands voor de liefhebbers, met prima voorzieningen en fijn speciaalbier. Fijn dat het bestaat dus. Volgend jaar weer? Yes please!
Biblical zat middenin opnamesessies. Vandaar de afzegging.
Ah! Dat wist ik niet.
Had Doornroosje ergens in een thread op FB gemeld toen het iemand opviel dat Biblical niet op blokkenschema stond 😁
Pingback: De 50 beste concerten van 2019 | t-beest's blog
Pingback: Beestvideos (9) | t-beest's blog
Pingback: Gezien: Roadburn Redux 2021 – de hoogtepunten – t-beest
Pingback: Gezien: My Sleeping Karma, Openluchttheater de Goffert, Nijmegen – t-beest
Pingback: Weekplaat 22-6: Earthless – Night Parade of One Hundred Demons – t-beest
Pingback: Gezien: Mt. Echo + Bismut, Merleyn, Nijmegen – t-beest
Pingback: Weekplaat 23-11: REZN – Solace – t-beest
Pingback: Gezien: Sonic Whip 2023 – t-beest
Pingback: Gezien: Sonic Whip 2024 – t-beest