Ik had nooit gedacht nog eens een keer naar een concert te gaan met de harp in de hoofdrol. Ik ben niet direct fan van zo’n instrument. Het overdreven gepling-plang-plong is voor mij een te groot risico voor een zoet klassiek werkje met suikerspin gloss. Gelukkig kleurt Remy van Kesteren graag buiten de randjes. Ik weet ook helemaal niet hoe ik in aanraking ben gekomen met zijn muziek, maar ongetwijfeld speelt een rol dat hij hier door Doornroosje werd geboekt (hij stond al wel eerder in de Vereeniging) en ik zijn plaat Shadows, uitgebracht in februari van dit jaar, wel wat vond hebben. Richting de neoklassiek, als een soort Nils Frahm op harp vond ik. Blijkt dat hij “Hammers” van Frahm ook al eens op de plaat heeft gezet. Geinig. Zo af en toe moet je zelf ook buiten je eigen comfortzone durven te treden, dus we hadden maar eens een kaartje gekocht.
Voor een erg klein publiek start Heirloom als voorprogramma, oftewel gitartist Tom Broshuis, ook bekend als gitarist en componist van Mister and Mississippi. Hij treedt hier solo op, met elektrisch gitaar, elektronica, en een bak vol effecten en pedaaltjes. Ik heb dan even het vooroordeel dat hij zich wel veel op zijn zolderkamertje zal hebben opgesloten om in zijn eentje deze muziek te maken, zoals Spinvis ook is begonnen dacht ik, maar wie weet is dat helemaal niet waar. Misschien heeft hij ook helemaal geen zolder. Maar wat hij hier doet bevalt me wel. Het lijkt op ambient met een flinke lik post-rock, als ik het in een hokje zou moeten stoppen. Achteraf zie ik dat het ook zo in aankondiging stond beschreven. Regelmatig gooit hij zijn klanken in een loop, en de gitaar klinkt meer als een extra synthesizer. En waarom zou je ook niet gewoon met een schroevendraaier over de snaren strijken. De opbouw is ook mooi gedaan, al weten een paar mensen toch helaas weer niet hun mond te houden in de zaal waardoor een deel van die zachte opbouw wordt verstoord. Ook gek is dat de ventilator van de grote projector, die al in stelling is gebracht voor het optreden van de hoofdact, behoorlijk wat geluid boven ons maakt. Dat stoort wel iets, maar niet overdreven. Uiteindelijk word ik aardig goed meegetrokken in de sfeervolle, soms weemoedige, klanken van Heirloom.
Nu dacht ik dat Remy van Kesteren al wel een bekende naam was in de klassieke muziek (hij organiseerde ook een aantal jaar het Dutch Harp Festival in Utrecht) en hij met dit werk wel meer publiek zou kunnen trekken dan vanavond in de kleine zaal van Doornroosje, waar uiteindelijk niet veel meer dan honderd man staan of zo. Het is dan ook meer een popzaal. Maar neoklassiek is toch ook hip en trending, dacht ik. Maar goed, Joep Beving is ook klein begonnen en die kreeg laatst de grote zaal van de Vereeniging al bijna helemaal vol. Voor een Nederlands neoklassiek pianist een goede prestatie. Misschien komt het nog wel voor Remy van Kesteren, die zijn band vooralsnog REMY heeft genoemd, maar hij vraagt vanavond of wij geen goede naam weten voor de band. ‘Laat het maar weten na afloop‘, zegt hij. ‘Dan hebben jullie ook wat te doen vanavond.‘ Van Kesteren praat redelijk makkelijk vanavond, zelfs wat zelfverzekerder dan Joep beving laatst. Zo vertelt hij ook over het Shadows-album, geproduceerd door Fink die hij ontmoette na een show in Doornroosje. Het album verwijst naar een schaduw van een kopje dat hij zag toen hij 11/12 jaar oud was. Hij werd door de schaduw in een andere wereld/dimensie getrokken. Mensen zullen het misschien herkennen, anderen denken vast dat ik gek ben, zo vertelt hij verder. Met het album probeert hij datzelfde te bereiken. Volgens de beschrijving verdiepte hij zich ook verder in de elektronische muziek en synthesizers, met name omdat hij een keer de harp was vergeten bij een repetitie. Later vraag ik me echt af hoe je zo’n groot ding nu over het hoofd kunt zien, maar goed. Vanavond horen we werk van het album en ook hoe het harpgeluid elektronisch door de mangel gehaald kan worden door middel van electronische effecten, ritmes, echo’s en herhalende loops. Gaaf is dat. Het mooiste vind ik het dus eigenlijk als de harp klinkt als een neoklassiek piano zonder dat je al te veel door hebt dat het een harp is, of als het helemaal niet te horen is dat het geluid wordt gemaakt met een harp. Op de plaat hoor je dat soms ook niet echt. Daarnaast speelt de band een fijne rol vanavond. Strakke en sterke drums ondersteunen het bandgeluid vanavond krachtig, naast een toetsenist op synths. Dit alles wordt aangevuld door een alleskunner op de linksbuiten positie, die zowel hoorn, trompet als elektronica bedient, en zijn eigen hoorn/trompet-geluid ook nog wel eens door een effectenbak jaagt. Al met al klinkt dat lekker vol als de hele band meespeelt. “For script” bijvoorbeeld is echt een lekkere doordouwer, een nieuw nummer dat alleen nog een werktitel heeft en niet op die recente plaat staat dus. Bij het laatste nummer voor de toegift gaat de band helemaal los, waarbij de hoorn net wat te dissonant klinkt naar mijn smaak, maar het gaat even wat steviger door als een shoegazende rockband. Nou bijna dan. Fijn. Ook gewaagd en lekker eigenzinnig is het gezongen “Shadows”, op de plaat ook al een apart openingsnummer (met Fink), hier gezongen door Van Kesteren (met autotune-effecten), samen met de drummer. Maar soms keert hij terug naar iets meer klassiek spel en dan kan het ook echt mooi ingetogen zijn, neem de Satie-remix “This Reminds You” bijvoorbeeld, een eigen versie van “Gnossienne Nr.1” van Erik Satie. Gedeeltelijk is het ook nog wel regelmatig ‘easy listening’-klassiek vanavond, maar gek genoeg kan ik daar ook nog wel in meegaan. Hopelijk blijft Van Kesteren met zijn band (met name) het elektronische experiment opzoeken, hij heeft het goede geluid gevonden met prima artiesten en daar is ook gewoon markt voor. Hij verdient in elk geval een groter publiek. Of laten we andersom zeggen dat liefhebbers van alternatieve en/of neoklassieke muziek en artiesten als Frahm dit misschien ook kunnen waarderen het ook verdienen om REMY eens live aan het werk te mogen zien en horen. Ik vond het in elk geval wel een verrassend aangename ervaring.