Gezien: Down The Rabbit Hole 2019

DSC06912-entree

Down The Rabbit Hole is ook dit jaar echt een sfeer- en genietfestival. Het bevalt me grappig genoeg ook wel steeds beter, zo’n festival waar relatief weinig bands die er staan geprogrammeerd mij muzikaal erg aanspreken. Het neemt de druk ook wel weg om veel te willen zien en van tent naar tent te moeten hollen. Zo autistisch hoef ik ook niet om te gaan met het blokkenschema, zoiets geldt de laatste jaren ook voor Lowlands. Er is genoeg te doen op zo’n totaalfestival, dus jezelf vervelen is er echt niet bij. Down The Rabbit Hole heeft dat goed voor elkaar. Hoewel het af en toe nog druk voelt met 35.000 bezoekers zijn er genoeg plekjes en veldjes waar je op je gemak wat kunt rondstruinen. Ook dit jaar zijn er verrassingsoptredens en in alle hoeken en gaten zit het nodige vertier verstopt. Grappig genoeg trekt dat ook dit jaar oudere bezoekers, misschien zijn het de oudere Lowlands-gangers die zich hier op een nieuw stekje thuis voelen, maar het is sowieso denk ik een trend dat ouderen nog wel zin in een feestje hebben. Waarom niet? En het is dit weekend ook weer prima in balans met de jeugd, die vast wat harder gaan op popmuziek, elektronica en hiphop. Hoewel er elk jaar wat minder gitaarrock lijkt te vinden, springt de jeugd daar nog steeds wel goed op ook. Drie dagen vakantie dus op de Groene Heuvels in Beuningen/Ewijk. We gaan met z’n allen weer graag kopje onder.


Geen serieus muzikaal verantwoord verslag dus weer (daarvoor kun je beter bij andere media zijn). Ik dompel me ook dit weekend weer graag onder in de sfeer, zonder er muzikaal nou zo veel van te moeten vinden. Laten we het over het weer hebben. Het is korte-broeken-weer op vrijdag en zaterdag, maar op zondag is het wat frisser en trek ik toch maar weer de lange broek uit de kast. Tijdens het hele weekend is avonds een truitje wel nodig. Op zaterdag rond het begin van de avond viel er regen, al ging dat niet heel hard, maar het duurde wel een tijdje. Dat was wel jammer, maar voor de rest was het weer ideaal. Niet te heet. Niet te koud. Prima festivalweertje.

Vrijdag

Het is dus wel een beetje zoeken in het programma naar aansprekende muzikale acts. Dit was nog wel aardig te doen op vrijdag en zaterdag. De zondag leek me op voorhand de zwakste dag. Op ons gemakje stappen we op vrijdag het festival binnen terwijl we langs het (altijd) fijne Altin Gün lopen in een goed gevulde Teddy Widder-tent, waar net de laatste twee nummers voorbij komen. Altijd fijn deze Nederlands/Turske band met hun Anatolische folkpsych. Dansbaar en funky. Maar goed, we hadden de band al vaker gezien, dus we lopen even door naar de veldjes en om de nodige muntjes (jawel, je hebt ze hier nog steeds, 2 euro 90 per stuk dit jaar) te pinnen. Zo missen we ook de hardcore/punk van Frank Carter en zijn Rattlesnakes (al eens gezien op Lowlands 2017), die blijkbaar de Fuzzy Lop op z’n kop zet en circle pits veroorzaakt tot buiten de tent. Juist ja, zoals eerder geconstateerd passen dikke gitaren nog steeds goed op festivals en brengt dat ook wat teweeg. De eerste band die we echt goed consumeren is Low, dat volgens mij een beetje underground cult-status heeft en misschien wat minder tot z’n recht zou komen met z’n minimalistische aanpak, zo vreesde ik. De eerste helft heeft het drietal dan ook (helaas) veel moeite om ook maar enige subtiliteit over te brengen, doordat het behoorlijk luidruchtig is in de tent. Ik moet er zelf toch ook even aan wennen, maar knap hoe de band onverstoorbaar verder gaat. De slowcore-indie en post-rock van echtpaar Mimi Parker en Alan Sparhawk (plus derde bandlid Steve Garrington, neem ik aan) komt moeilijk binnen en toch heeft het wel iets magisch. Je merkt een klasse apart door de rumoerigheid heen sijpelen. Met name als er in een lang instrumentaal stuk het volume omhoog gaat tot standje stofzuiger-noise of shoegaze pakt de band het publiek even fors bij de lurven, om vervolgens doodleuk met een vrij eenvoudige song te vervolgen. Het publiek is er al wat stiller van geworden. Bij vlagen is het nog wel iets te behoudend, minimaal of lief, maar ik vind het wel wat hebben. Volgende keer misschien beter in normale zaal met aandachtig publiek.

DSC06852-LOW
Low

Er speelt van alles wat dit weekend. Uit het verre verleden kennen we nog Neneh Cherry, die ik echt nog nooit op een festival heb zien staan, althans niet waar ik de laatste decennia ben geweest. Nou stond de rapster ook niet direct op mijn bucket list, maar het lijkt me wel eens geinig om haar eens van dichtbij de bewonderen, dus we staan maar eens op tijd in de Teddy Widder-tent. De jazz, trip-hop en rap mag dan iets van de jaren negentig zijn, het voelt ergens nog wel passend in de top-40 van nu. Alhoewel, zo’n Windows XP logo bij aanvang op de LED schermen op de achtergrond voelt nog wel hopeloos ouderwets aan, of was dat bewust een verwijzing naar het verleden? Cherry zelf ziet er grappig genoeg nog jeugdig uit, als je haar 35 geeft zou je het ook geloven, maar ze moet toch al iets van 55 zijn. Misschien heeft ze ook wel de eeuwige jeugd zoals Grace Jones. Het als eerste gespeelde “Manchild” klinkt lekker en herkenbaar, al is de zang even roestig met opstarten. De grote hit “7 Seconds” klinkt opmerkelijk genoeg wat flauwtjes (we horen wel iemand meezingen, maar of dat Youssou N’Dour van een bandje is weet ik niet, het leek live, maar ik zie zo gauw niemand zingen) in een verder wat wisselvallige set. Leuk om te zien toch en ook tof dat ze hier gewoon optreedt met een volledige band, waarbij de bandleden grappig genoeg ook regelmatig van plek verwisselen (zien we daar zelfs een harp?), maar de drums worden alleen elektronisch bediend.

DSC06885-Neneh Cherry
Neneh Cherry

dEUS treedt dan aan op het hoofdpodium voor een (bijna, want niet alles wordt gespeeld) integrale vertolking van het album Ideal Crash uit 1999. Het optreden voelt wat roestig, maar komt bij vlagen goed uit de verf. Zoals wel vaker met de uitvoering van zo’n heel album, merk je ook hier dat er niet alleen maar hele goede dikke kneiters van songs op staan. Tom Barman oogt wat vermoeid en is niet top bij stem en ook gitarist Mauro Pawlowski is inmiddels (helaas) vertrokken uit dEUS, ik wist dat tot voor kort niet eens. Bruno De Groote vervangt hem, en ik kan me niet aan de indruk ontrekken dat Pawlowski meer creatieve input bracht in de band. Ik lijk het spel van Pawlowski hier te missen, maar misschien zit dat meer in mijn hoofd. dEUS is wel degelijk degelijk vandaag, maar ontvlamt pas echt een beetje rondom “The Ideal Crash” en “Instant Street” en het even later gespeelde “Everybody’s Weird”, maar die twee laatste nummers behoren dan ook wel tot mijn favorieten van de band. En dan wordt daar nog het heerlijke “Quatre Mains” (van Following Sea) aan vastgeplakt, ook al zo’n gaaf nummer. Uitsmijter “Roses” voelt gek genoeg dan weer een beetje als een verplicht nummertje. De dansers maken er nog een visueel aantrekkelijk optreden van, maar ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat ik dEUS wel eens beter in vorm heb gezien.

DSC06905-dEUS
dEUS

Dan is het even tijd om op het heuveltje bij de Fuzzy Lop uit te rusten met het fijne Rolling Blackouts Coastal Fever, nog best aardig te volgen vanaf het bergje bij Fuzzy Lop, op Lowlands vorig jaar hoorden we al dat het wel goed zat met deze Australische band. Frisse indierock of lichtvoetige psych, als achtergrondmuziek is dat best even fijn. De Staat op het hoofdpodium is daarna wel een aardig tussendoortje misschien, maar die staan ook op Lowlands en de band gaat in het najaar het clubcircuit in, dus dan zie ik ze nog wel in mijn eigen Doornroosje. We gaan maar eens op tijd klaar staan voor Grace Jones, al eens eerder gezien op Rock Werchter (2009 geloof ik) en die show wil ik nu wel eens van dichtbij zien. Dan moet je wel lang wachten, want de diva laat op zich wachten; het optreden begint een half uur later dan gepland. De beloning komt er uiteindelijk wel met een gave show van deze grande dame uit het verleden, die met haar zeventig jaar nog steeds het publiek om haar vingers heen windt. Bij elk nummer worden een hoofddeksel en/of andere kleding vervangen en bij “Pull Up To the Bumper” zien we een flink gespierde kerel een knappe paaldansact doen. Jones zelf hoelahoept zich weer helemaal door het afsluitende (en bekendste nummer gok ik) “Slave to the Rythm” heen, zonder het ding te laten vallen. Jones daagt het publiek op een sympathieke manier uit. Voor haar leeftijd brengt ze nog een vitale show. Zelfs haar borsten zijn nog in vorm, die ze op het einde een paar keer snel laat zien. Ze wordt hier natuurlijk ook geholpen door een prima band om haar heen en verder zingt Jones nog prima. We staan er inmiddels twee uur en een kwartiertje of zo, maar het is het toch waard geweest om deze levende legende nog eens goed te hebben kunnen zien.

DSC06955-gracejones
Grace Jones

Dan missen we ondertussen wel een stuk van de grande finale van Editors, die zo te zien dat grote podium prima aankunnen, uiteraard gevoed met het nodige vuurwerk en glitters. Laatste nummer “Frankenstein” is verrassend elektronisch en dansbaar en dat klinkt vrij dik op het veld, ook achter op de heuvels vanwege de extra boxen. Daarna schieten vuurwerkpijlen van achter het podium de lucht in. Mooi. Het eerste prima dagje zit er nu wel op.

DSC07004-editors
Editors

Zaterdag

De dag met wat regen, maar ook aardig gevuld met bekende namen. We starten met Jonathan Wilson in de Fuzzy Lop en hij blijkt hier een soort akoestische set van te hebben gemaakt. Zonder band dus, zoals op Lowlands 2014. Hij zit dus ergens in de hoek van alt.country en pop uit de jaren zeventig met flarden psychedelica, maar nu mag hij dat in zijn eentje doen allemaal. Het eerste nummer gebruikt hij nog een drumcomputertje ter ondersteuning, maar voor de rest is het vooral (alleen) met zijn gitaren vandaag. Dan valt op hoe goed hij eigenlijk kan zingen en zo’n tent nog best aardig in zijn greep houdt. Ik kan er wel in meegaan in het begin en vind het (voor mij althans) bekende “Desert Raven” niet eens zo verkeerd in deze kalere vorm. Toch breekt het een beetje op uiteindelijk, de nummers voelen op een gegeven moment wat meer van hetzelfde en niet alles raakt meer zo, kwestie van gewenning misschien. Zonder band is het knap gedaan, dat zeker.

DSC07027-jwilson
Jonathan Wilson

Op het veldje naast de tent (Future Fuzzy Field) staan ook dit jaar weer artiesten geprogrammeerd, meestal DJ’s of elektronica met het oog op danssferen, in mijn beleving dan. Het is ook dit jaar af en toe fijn om daar even (bij) stil te staan. Het wordt nog wat drukker bezocht dan vorig jaar in mijn beleving. Working Titles is een duo (Boris Acket & Kaap (Robbert van der Bildt)) met fijn (licht ambient) synths-geluid en andere elektronica, fijn om je daar even op de achtergrond in te laten zakken. Rondom dit Fuzzy veldje kun je best snel schakelen, want in het naastgelegen en nieuwe Eden vind je dit jaar het Bossa Nova podium. Vorig jaar stond dat nog in het bos, maar het was soms behoorlijk druk daar en ik kan me voorstellen dat je de natuur daar wat meer intact wilt laten. Of er is last van eikenprocessierupsenproblematieken natuurlijk. Ik weet het niet. De Britse Hayden Thorpe (frontman van Wild Beasts) zit in een goed gevulde Bossa Nova achter zijn synthesizer wat lichtjes overdreven te zingen. Goed, hij heeft wel een prima stem, soms wat hoog als Anhoni, maar dan zeg ik wellicht iets geks. Mooi, maar de zwoele en lichtzoete indiepop is soms net wat te overdreven voor mij, maar ongetwijfeld gaat deze zwijmelkoning nog hele hordes dames (of heren uiteraard) achter zich aan krijgen in de toekomst.

DSC07038-Hayden Thorpe
Hayden Thorpe

Het is dit jaar wat zoeken naar aanstormend talent op gitaar, maar SONS is een dan wel een klapper van formaat, zoals we vorig jaar al op het Valkhof Festival zagen. Alsof dat nog niet beter kon speelt de band hier een strakke set garage-/psychrock in de beste traditie van King Gizzard & The Lizard Wizard, Thee Oh Sees of het eveneens Belgische Equal Idiots. Vooraan gaat het aardig los met een tent-brede cirkel-pit als hoogtepunt, maar het hele optreden lang wordt er nog flink gemosht en gecrowdsurft. Ook die fijne cover van “Lonely Boy” van The Black Keys komt weer langs. Maar referenties zijn niet nodig, deze band staat al geweldig goed op eigen benen, met fijn eigen materiaal, en kan de tent hier al met twee vingers in de neus aan.

DSC07063-SOns
SONS

Terug op het veldje is HENGE al bezig en daar krijgen we nog wat te weinig van mee in het voorbijgaan. Opgericht door de enigmatische leider Zpor, zo lezen we, met ook paddenstoelen met witte stippen als hoofddeksel en een buitenaards wezen op het podium. Kosmische krachten hier, psychedelisch en out of space. Volgende keer dit kleurrijke feestje misschien wat beter tot ons nemen. Inmiddels pakken de donkere wolken zich boven het festival, waar we ook maar eens op tijd bij neoklassiek pianovirtuoos Ólafur Arnalds gaan staan, uiteraard al vaker gezien, maar we zijn er nu toch. Arnalds is hier met flinke band en een hoop piano’s, op het eerste gezicht bijna net zoveel als vorig jaar in Utrecht. Het is altijd afwachten hoe zo’n act zich staande houdt op zo’n festival. Inmiddels regent het en mensen schuilen achterin de tent, gezien het flinke geroezemoes hebben ze niet al te veel aandacht voor de muziek en dat is jammer. De subtiele passages en gevoelige pianoklanken komen nauwelijks over. Daarnaast heeft Arnalds problemen met zijn laptop en/of synths en blijft regelmatig met zijn handen omhoog gebaren dat het weer eens niet goed werkt. Bij vlagen overtuigt het optreden dan nog als de band en vooral elektronica wat harder wordt ingezet. Dat zou hij op zo’n festival misschien gewoon vaker moeten doen. Nils Frahm deed dat eerder ook op festivals; gewoon de harde elektronische beuk er in, dat werk(t). ik vermoed dat Arnalds, toch ergens ook een perfectionist (lees 2011, de-Affaire), geen hele fijne avond moet hebben gehad hier. Toch toont hij zich dankbaar en slaat zich knap door de set heen.

DSC07072-OArnalds
Ólafur Arnalds

Hoewel het niet hard regent kun je nog goed nat worden, gelijk ook het nadeel van een niet overdekte Hotot (tot en met 2017 was het nog een grote tent), waar inmiddels The Roots is begonnen, toch ook een tikkeltje legendarische band, al hoewel niet direct mijn genre. Strakke band. Maar we gaan toch even schuilen in de kerk bovenaan de heuvel, waar op dat moment weinig te doen is. Het lijkt wat droger te worden, maar we duiken de Teddy Widder-tent binnen voor een portie Parquet Courts (Amerikaanse indie/postpunk/garage), dat in 2016 al eens op het festival stond en vorig jaar nogal een bezopen optreden gaf op het Valkhof Festival. Vandaag lijken ze nuchter en strak door de set heen te vliegen, geen vertragingen door flauwe grappen en grollen. Sean Yeaton zit ook in de bak, begrijpen we vandaag, waardoor ze een andere bassist bij zich hebben. Of is dat toch een grap tussendoor? Ik weet het niet. De focus is er wel vandaag, ook bij Austin Brown. Andrew Savage zal dit keer wel tevreden zijn neem ik aan. Muzikaal is het degelijk, met een vrolijke “Wide Awake” van de gelijknamige laatste plaat, waar uiteraard veel van wordt gespeeld. Het is een feestelijke intermissie tegen het einde. Vampire Weekend daarna op het hoofdpodium is al helemaal een frisse en vrolijke boel. Op zich blijft het wel ongevaarlijk dit soort fruitige pop/rock, het glijdt dan ook gedeeltelijk langs me heen. Het doet me ook weer regelmatig denken aan Paul Simon’s Graceland, zo’n timbre heeft het wel. Nou goed, de wolken breken weer wat open, terwijl er een regenboog ontstaat.

DSC07093-Vampire
Vampire Weekend

Interessanter vind ik dat daarna de frontman van Radiohead gaat optreden, een eindje verderop in de tent. Thom Yorke solo, het kan altijd slechter, al ben ik nog steeds wat meer fan van Radiohead zelf. Toch raak ik snel onder de indruk door de fantastische visuals op de achtergrond; dit is een gelikte productie om je vingers bij – eh – af te likken. De spanning blijft er ook wel in zitten zo, terwijl het op de plaat nog wel eens op mij overkomt als doordreinende ritmes en moeilijk gefrutsel. Hier werkt het goed in de donkere tent en tot ver daarbuiten eigenlijk. Maar goed dat er buiten videoschermen staan. Vanaf het heuveltje bij de tent is het nog behoorlijk goed te zien en te horen overigens, een tip voor de iets kleinere mens. Yorke vind ik niet helemaal 100% lekker bij stem, maar het is wel een bijzonder gave show dus. Jammer genoeg heb ik nu echt te lang gestaan door de regen (het is overal nat) en ik zak wat door mijn hoefjes.

DSC07101-Yorke
Thom Yorke

Even wat zitten dus en daarna weer door naar een flink beukende Underworld, dat vandaag de Hotot mag afsluiten. Opvallend eigenlijk dat het duo op z’n groot podium in de open lucht nog zo hard kan knallen, waarvan eentje achter wat laptops en synths en een rondlopende zanger. Toch komt het goed over, dit soort dance uit de oude doos, ongetwijfeld ook vanwege de hele aardige lichtshow. Favorieten “King of Snake” en “Rez” komen langs en dan is mijn avond al snel goed, maar we zijn op tijd weg ook. Morgen weer een (laatste) dag.

DSC07107-Underworld
Underworld

Zondag

De zondag bevat de wat grotere top/pop-40 namen als Robyn, Rosalía en Janelle Monáe (als afsluiter) en dat soort acts zijn echt niet aan mij besteed, waardoor er toch wel wat flinke gaten in mijn programma voor vandaag worden geslagen. Niks ergs eigenlijk. Tijd om rond te lopen en te relaxen op deze laatste dag en dat blijkt ook wel eens fijn. Geen stress om overal bij te willen zijn. We zien wel. Parcels staat voor ons dan helaas wat te vroeg in de middag op het programma, maar die hebben we vorig jaar ook al gezien (en eerder op Lowlands). We starten rustig op de zondagmiddag met fijnbesnaarde indierock uit eigen land: Amber Arcades. Voor het eerst met violen en cello ook, een primeurtje hier dat goed uitpakt. De band is bijna sterk in mainstream indie zou je zeggen, al mag het van mij nog wat vaker op de vuigere toer, met meer psych/noise, zoals ze dat sporadisch laten horen.

DSC07117-amberarcades
Amber Arcades

Tijdens een spontane actie om nog even rond te kijken in het hof van Eden komen we Arlo Parks tegen. Deze vrolijke (18-jarige) dame op het Bossa Nova podium geniet met volle teugen hier van het optreden, doet spontane dansjes en rent een keer vrolijk rondjes en geeft hi-fives met het publiek dat vooraan zit. De singer-songwriter uit Londen en heeft haar eigen band meegenomen en brengt zoiets als poëtische alt.pop, aldus de beschrijving. Muzikaal ook niet helemaal in mijn straatje, maar het sfeertje bevalt me wel even.

DSC07120-Arlo Parks
Arlo Parks

Nu we toch aan het zappen zijn nemen we ook nog een stuk Khruangbin (ooit ontdekt door Bonobo) mee, dat al even bezig is op het hoofdpodium. De drie Texanen brengen zoiets als psych, (Thaise) funk en Midden-Oosten soul-rock van het relaxte soort en dat allemaal gewoon instrumentaal. Zang is soms ook echt niet nodig. Klinkt reuze fijn hier en enorm relaxt, eigenlijk vind ik het live veel leuker dan wat zo kon herinneren van de plaat. Misschien toch nog eens opzetten dus.

Dan zou eigenlijk even later op hetzelfde podium Beirut staan, maar door een keelontsteking van zanger Zach Condon werd dit optreden helaas afgelast. Het festival had dit jaar wel met meer afzeggingen te maken, ook Sam Fender en Sofie Tucker moesten afzeggen, maar goed, daarvoor in de plaats kwamen dan wel Grace Jones en Neneh Cherry. Toevallig zou tijdens het optreden van Beirut de finale plaatsvinden van het WK-voetbal met de oranjevrouwen. De organisatie schoof dit handig door naar het hoofdpodium, zodat de wedstrijd daar op de grote schermen kon worden vertoond. Het veld staat nog aardig goed vol tijdens de wedstrijd, iets van de helft van alle bezoekers zien hoe de finale verloren gaat. Maar daarna gaat het feestje gewoon verder met het vertier op het terrein zelf.

We lopen inmiddels in het Swamp-gebied en komen een trekker met oplegger tegen waarop een huisje is gebouwd waar dan weer een band in staat de spelen. De verrassingsoptredens komen naar je toe deze zomer. Lekker op de trekker dus, met Electric Pyramid, een stukje stoner/classic rock met invloeden van bands als Led Zeppelin, Pearl Jam, Foo Fighters, Queens of the Stone Age. Dat werk. En Fleetwood Mac, naar eigen zeggen. Ongecompliceerd en best even leuk. Vooral op zo’n trekker.

DSC07123-ElectricPyramid
Electric Pyramid

Een stuk van het Engelse Foals dan nog op het grote podium, altijd goed voor een knoertdegelijk potje rock en dat past prima. Foals kan het veld wel aan, al kan het me vandaag niet in opperste euforie brengen, daarvoor mis ik net dat stukje eigenwijsheid en onvoorspelbaarheid dat de band ook wel eens toont. Oh we mogen nog even gaan zitten bij “Inhaler” geloof ik, maar daarna gaan we dan ook. Blijkbaar hebben we nog een ophitsend slotstuk gemist met o.a. “What Went Down” en een epische versie van mathrock-kneiter “Two Steps, Twice” met moshpits voor het podium. Zijn we er weer in getrapt.

DSC07125-Foals
Foals

Nou goed, we waren dus al op weg naar die andere band helemaal aan het andere kant van het terrein en daar heb ik ook zeker geen spijt van. The Comet is Coming is een toffe afsluiter in The Fuzzy Lop, waar de mensen nog even flink dansen, alsof ze nog geen heel weekend in de benen hebben. Ook hier grappig genoeg een sit-down. Vooruit dan maar. Het trio uit Londen deed me hier wel denken aan Sons of Kemet (Lowlands vorig jaar) en ik lees pas achteraf dat dat gewoon de andere band is van saxofonist Shabaka Hutchings (King Shabaka). Hier dan niet twee reuzetoeters zoals bij Sons of Kemet, maar naast de drum en sax zien we hier Dan Leavers op synthesizers en dat werkt ook uitstekend. Denk nu-jazz, funk, psych, space. Een feestelijk opzwepend geheel om de tent nog even aan flarden te dansen. Een van de betere boekingen van het festival, wat mij betreft.

DSC07133-CometComing
The Comet is Coming

Daarna zwerven we wat rond en komen ergens nog bij het kampvuur op het het Idyllische Veldje de band Tabanka (dacht ik) tegen die in het huisje op de trekker staat te spelen en die voor een exotisch leuke afterparty zorgt. We dwalen nog wat verder rond en gaan dan echt richting huis. Mooi geweest.

Was het een goede editie? Ja, wat betreft sfeer, weer, mensen, voorzieningen, gezelligheid. Muzikaal kon ik een paar dingen van mijn lijst afstrepen die ik nog wel wilde zien, maar het was muzikaal niet heel uitdagend. Maar dan nog. Het was wel weer van alles wat en voor ieder wat wils, er was altijd wel wat te vinden. Vervelen hoef je je hier niet. Even rondhangen, luieren of op zoek naar andersoortig vertier of lekker eten op al die veldjes en andere holletjes, ja dat blijft ook een leuk vermaak hier op het festival. Down the Rabbit Hole presenteert zich hier meer als totaalfestival zoals Lowlands dat ook nog wel steeds doet, maar dan net iets kleinschaliger, knusser en frivoler, en zo mooi aan het grote meer gelegen en voor een deel fijn in de bossen. En geschikt voor de oudere jongeren blijkbaar. Alles bij elkaar was het toch wel weer reuze geslaagd en voor herhaling vatbaar. Hopelijk kunnen we volgend jaar weer fijn afdwalen in het konijnenhol: noteer alvast 3 + 4 + 5 juli 2020.

Scroll naar boven