
Sonic Whip, ons eigen desertfest hier in Nijmegen, is zo’n twee weken na Roadburn een mooie aanvulling op dat programma. Wat we daar een beetje missen dit jaar, staat hier wel. Denk aan (vooral) psych- en stonerrock, hier en daar afgewerkt met punk, space of doom/sludge. Soms melodieus, soms compromisloos. Doornroosje heeft het weer goed voor elkaar. In hetzelfde weekend als Desertfest London, staan er in twee dagen in de twee fijne zalen van Doornroosje weer een uiterst fijne selectie van woestijnvretende bands. Bekende namen met de nodige allure zorgen ongetwijfeld dat het bijna uitverkocht is, maar ook het nodige talent krijgt de ruimte. Je kan het slechter treffen. Ook de organisatie en randzaken zijn weer uiterst fijn geregeld, met de merchandise en speciaalbierbar nu in de verbouwde ruimte boven de garderobe en nog meer fijne zitplekken om onze (inmiddels) oudere voeten en brakke ruggen ook wat rust te geven. We hebben veel leuke gesprekken met andere vriendelijke en goedgemutste bezoekers, waarvan er weer een hoop uit het buitenland komen. In die zin is de sfeer zeker net zo fijn als op Roadburn. Doornroosje heeft met Sonic Whip een succesformule te pakken voor een mooi weekendje bands voor de doorgewinterde liefhebbers van dit soort gitaarmuziek. Heerlijk. Maar wat hebben we dan gezien?
Vrijdag
Het trio van Samavayo uit Duitsland mag het festival openen op het grote podium in de rode zaal in Doornroosje. Een beetje veilige keuze als starter, met melodieuze stoner uit het boekje, zou je bijna zeggen. De band bestaat toch al 22 jaar en zou iets zwaarder klinken met iets meer prog op hun laatste plaat. De zang van zanger/gitarist Behrang Alavi klinkt wat beter dan ik had verwacht, vaak is dat toch wel een ondergeschoven kindje bij dit soort bands. Als opener is het een aardige amuse, maar toch wat standaard en een tikkeltje belegen in zijn soort, naar mijn smaak. Het geluid staat het hele weekend goed, maar hier moest het nog even afgesteld worden allemaal, het klinkt wat bassig en wollig in het begin, maar verder heb ik weinig klagen dit weekend in Doornroosje over het geluid.


Hierna gelijk een band van mijn wensenlijstje in de kleine paarse zaal, het Noorse Shaman Elephant. Wide Awake But Still Asleep kwam in 2020 op mijn radar, een uitstekende plaat waarop de heren eigenlijk niet onder deden voor die andere grootmacht uit Noorwegen, dat hier vorig jaar nog stond: Motorpsycho. Ik was dus wel benieuwd naar een optreden van deze band, dat stoner, sixties/seventies psych en prog-blues door de blender haalt. Gelijk meer finesse en afwisseling. De gewenste magie mist misschien een beetje, het gitaargeluid is in het begin ook minder te horen, maar langzaam kom ik er wel in. Het materiaal op de plaat vind ik dus erg goed. Maar waar Motorpsycho zelf live alles nog een keer extra goed kan laten opstijgen en het materiaal live verder optilt, is de uitvoering hier wat behoudend. De songs zijn wel degelijk goed en lekker en de muzikanten uitstekend (lekker jazzy drumwerk bijvoorbeeld), maar live had ik gehoopt dat ze nog wat verder uit zouden pakken. Maar goed, mijn verwachtingen waren dan ook wel erg hoog. Leuk shirt trouwens van de zanger (Britney Spears) en ze spelen ergens nog een nieuwe song (‘die onze vriendinnen nog niet eens hebben gehoord’). Fijne band dit toch, met een hoop potentie. Dat zeker.


The Psychotic Monks uit Frankrijk stonden eerder in Nijmegen op het Valkhof Festival in 2019. Daarvan wist ik dat het vooral een band is die je live moet ondergaan, het materiaal op de plaat zet je ook niet altijd voor de lol op, bedoel ik. Live komt dit soort onnavolgbare avant-garde punk/psych/noise veel beter uit de verf, met een extra dikke energie. Met invloeden van Bad Seeds, Sonic Youth en Joy Division, lees ik nog ergens, maar ze hebben gewoon hun eigen dwarse smoel. Bas/synths en drums vormen de uitstekende aanjager in het midden van het podium, al zijn er ook wat rustigere treiterstukken om je hongerig te maken naar de explosieve uitspattingen. Gitarist op links (voor de kijkers) verschijnt nog even in het publiek en klinkt op de bar aan de rechterkant en zorgt voor de nodige opwinding. Op rechts zien we trouwens een verandering op gitaar, waarover we op de Facebook-pagina van de band kunnen lezen : ‘I’m Artie, I’m a transgender woman, and I’m proud.’ Juist. Jezelf kunnen en mogen zijn, dat is uiterst belangrijk. The Psychotic Monks spelen hier dan ook een set bevrijd van alle lasten, zo lijkt het. In elk geval zoals ze dat zelf willen. Lekker eigenwijs en dat klinkt live dus heel energiek, met ook weer een geweldig slotstuk. Uitstekend.


Uit Portugal (Porto) komt het trio van Madmess, dat fijn op sfeer drijft in de categorie psych, stoner en prog. Veel rijkelijk gesoleer en uiteindelijk ook wat meer fuzz en dikkere riffs. Leuk zijn die vloeistofdia’s op de achtergrond zo af en toe hier in de kleine zaal, uiteindelijk is het festival ook iets voor hippies natuurlijk. Al gelang de set vordert komt er meer tempo in en wordt het nog wat opzwepender allemaal en wordt hier en daar ook een enkele noot gezongen. Een nette en degelijke band, zo constateer ik, dat goed en strak in hun genres zit.

Voor veel bezoekers is Lowrider een hoogtepunt vandaag, de grote zaal staat dan ook ineens rammetje vol. Het is iets minder aan mij besteed en dat merk ik ook als ik zelf in de zaal sta. Heavy psych en stoner van het melodieuze soort en vaak in een wat loom tempo, denk als (eeuwig) referentiepunt Kyuss. De Zweedse groep wordt getypeerd als voorloper van bands aldaar als Monolord, Truckfighters, Greenleaf of Graveyard. De band is opgericht in de nineties door bassist/zanger Peder Bergstrand en zijn er later een tijd uit geweest. Album Ode to IO uit 2000 werd pas in 2020 opgevolgd door de Refractions EP. Ik hoor/lees achteraf goede verhalen over dit optreden, maar voor mij persoonlijk is het wat makkelijk en loom dus, veel in dezelfde toonsoort ook, zo lijkt het. Hier en daar hebben ze wel goed songmateriaal, maar dat is dan weer niet overal geweldig gezongen. Nou ja.

Uit Denemarken komt mijn psychedelisch referentiepunt Causa Sui, dat al heel lang op mijn wensenlijst staat. Sinds 2014 dus, als ik mijn scrobbles in Last.fm mag geloven. De band rond Jonas Munk, oprichter van het (door mij geliefde) El Paraiso Records-label, zouden er al staan in corona-jaar 2020, maar dat ging dus niet door. Buitenkansje, want zo vaak spelen ze ook helemaal niet live begreep ik. Psych/stoner uit het boekje in mijn beleving dus, maar wel ontzettend goed uitgevoerd, zeker ook live. De rustige psych wordt met veel sfeer gebracht. Kijk, zo leg je dus gevoel in je gitaar-noten, Munk weet het hier prachtig klein te houden en de band speelt mooi en omzichtig rondom mooie thema’s. Uiteindelijk wordt er door het viertal ook wat zwaarder aangezet richting dikkere heavy stonerpsych, maar dat is niet de hoofdmoot van de set. Naast prima drums en bas is de aanvulling met elektronica/orgel/synths ook een fijne, voor net dat extra laagje space om rustig op weg te zweven, met ook weer toffe projecties op de achtergrond. Heerlijke band, fijn om eindelijk eens live gezien te hebben. En een beetje gek om het hier gewoon even als tussendoortje voorgeschoteld te krijgen, het ene hoogtepunt komt snel na de andere, zeker op deze vrijdag in onze beleving.



Zo slaan we ook af en toe een band over om toch even tot rust te komen (we horen toch nog goede verhalen over Deathchant) en keren weer terug in de grote zaal voor King Buffalo, dat vorig jaar nog hier in Nijmegen stond op het Valkhof Festival op de laatste avond. Vanavond komt de band nog veel harder en beter binnen, al was ik vorig jaar ook niet helemaal fris die avond, dat scheelt ook. Maar het geluid is hier ook een tandje dikker en harder en de gitaar zit beter in de mix. Veel beter kun je deze Amerikaanse band niet voorgeschoteld krijgen, denk ik. Muzikaal bouwt dit soort progressieve pysch mooi op met veel sfeer en gevoel voor timing en ritme om uiteindelijk meer uit te spatten met dikke drums en vette riffs of gitaren met de nodige vette effecten. Het begin van “Firmament” (een-na-laatste nummer) klinkt heel erg als het begin van een Steven Wilson nummer, die ook niet vies is van sfeervolle opbouw en hier en daar wat meer stevige riffs inzet om het af te maken. King Buffalo schakelt dus mooi tussen gevoelig en heavy, met avontuurlijke composities. Een terechte headliner vandaag.


Afsluiter The Gluts in de kleine zaal is weer de goede en energieke afsluiter van de dag, de afterparty. Knap hoe vaak dit soort bands worden geboekt aan het einde van de dag om nog even helemaal los te gaan. Het publiek heeft er zin in. Er zit dan ook genoeg drank in, gok ik. Deze Italiaanse band is dan ook van het opzwepende pysch/punk/noise-soort, met dik, vet en strak baswerk van Claudia Cesana als kapstok, met daaromheen gitaren met scherpe psych-effecten en de zang van Nicolò Campana, die er wel lol in heeft om zijn microfoon rondjes boven zijn hoofd te laten draaien. Zijn zang is een beetje schreeuwerig, maar daar maalt niemand om. Hier wordt een dik punt gezet achter een zeer geslaagde eerste dag Sonic Whip.


Zaterdag
Op zaterdag begint het festival eerder in de middag. Ook vandaag staan er weer een aantal uitstekende bands, maar grofweg wat minder aansprekende ‘must-see’ acts, waardoor er ook wat meer ruimte is om te relaxen of even bij te kletsen met bekenden en onbekenden. Vandaag opent Psychlona uit het noorden van Engeland met een degelijk, maar wat standaard setje heavy (neo-)psych/stoner. In die zin is het vergelijkbaar met de opener gisteren. De zanger beseft maar al te goed dat het nog vroeg is en is blij dat wij er staan. Het geluid staat nu wel gelijk goed, zo valt me op. Ook dit is dus herkenbaar als melodieuze woestijnrock, met wat betere songs dan die band van gisteren. Een aangename band om even mee op te starten vandaag (ik stond gewoon nog met koffie in de zaal).


Helemaal uit Mexico komt Vinnum Sabbathi, dat daarna in de kleine zaal de toon zet voor de rest van de dag en het festival. Ze gaan gelijk los met langer uitgesponnen nummers, met op de achtergrond weer die fijne en mooie vloeistofdia’s, die een band later niet meer te zien zijn, misschien speciaal door deze band meegebracht dan. De drummer is maniakaal goed in de snellere tussenstukjes in het eerste stuk. Ja, wat is het? Heavy psych/stoner, met van die geinige (stem)samples van de laptop-man op links, een stuk leuker dan zang vind ik. Opeens gaat het tempo een flink langzamer; van sludge naar heavy doom met diep en laag fuzzend gitaargeluid en aangenaam langzame harde klappen van de drummer. Een beetje gekke, maar toch passende overgang van deze kosmische doomspace-band, dat op het einde nog een heerlijk nieuw nummer de lucht in slingert, waarbij ze vertellen dat het over de eerste Mexicaanse astronaut zou gaan. De band beukt en de zaal stijgt op, keihard de ruimte in. Nog een tempoversnelling na een tijdje doom voelt als een absolute bevrijding. Als een lancering. Wat een lekkere band dit.


In dezelfde kleine zaal speelt Dommengang een heel stuk minder lastige muziek voor uw oren, met een lekker setje uptempo psychblues. Het trio uit de westkust van de USA (opererend uit L.A.) refereert ook aan de sixties met toegankelijk songmateriaal en gewoon hele goede en fijne gitaarsolo’s. Niet iedereen speelt zo soepeltjes van die lekkere psych-liks op gitaar zoals deze Dan “Sig” Wilson. Lekkere drive heeft deze band. Soms klinkt het een beetje belegen of is het wat rustig, maar de set is verder aangenaam onderhoudend.

Na een nieuwe pauze komen we wat later binnen bij Les Big Byrd en dat klinkt helemaal niet onaangenaam. Een Zweedse superband, volgens de beschrijving. De drums klinken in eerste instantie wat simpel, maar het refereert aan kraut en dan kan dat best, al gaat de drummer later in de set nog wel meer tekeer op het drumstel, dus blijkbaar houdt hij het kraut-ritme bewust eenvoudig. Het trekt je een lekkere sfeer in, dit soort spacekrautpysch, of geef het maar een naam. Fijn dromerig soms, met de nodige psychedelische effecten op de gitaar. De poppy melodietjes zijn hier en daar aardig en soms wat overbodig, het maakt hun materiaal bij momenten wat flauwer, maar van deze ruimtelijke en licht hallucinante set kan ik nog best even genieten.


Tijd voor wat langere pauzes (je moet toch ook wat eten) en om wat bands over te slaan, al krijgen we nog wel wat mee van het Engelse Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs in de grote zaal, dat in 2019 ook op dit festival stond (maar dan in de kleine zaal). Er zijn genoeg liefhebbers hier om dit te waarderen. De vorige keer vond ik de zanger misschien wat overdreven en ook vandaag vind ik de zang niet heel veel toevoegen (dat is ook smaak), maar muzikaal is het ook minder rauw en lelijk als ik me van de vorige keer kon herinneren, met stevige stoner/psych en het aardige (soms doomy) riffwerk nog niet eens zo heel verkeerd.


Wel 100% mijn ding is SLIFT. Dit Franse trio werd een van onze favoriete bands ten tijde van corona lock-downs en in 2021 zagen we deze kneiters voor het eerst (op gepaste anderhalve meter afstand) in Openluchttheater de Goffert. Een jaar later mochten ze een paar keer optreden op Roadburn. En nu dus een (terechte) headliner in de grote zaal. Nou, zo’n goed bewaard geheim is deze band dus niet meer, maar wat goed is moet je ook kunnen delen met meer liefhebbers. Het beeld is deels hetzelfde als die andere optredens die we zagen, met “Ummon” als lekkere bekende opener, waarmee de band gelijk goed en strak uit de startblokken schiet. Daarna herken ik niet alles meer en lijkt de band wat nieuw materiaal op ons af te vuren met nummers als “Ilion”, “The Words That Have Never Been Heard” en “Weavers’ Weft” (volgens de setlist), die in mijn oren verrassend complex zijn met snoeiharde tussenstukjes en chaotische taferelen. Heerlijk. Super strak in de afwerking. Drummer Canek Flores veegt even zijn zweet af en ik zie bassist Rémi Fossat ook even blazen. Hier en daar is er nog wel een rustpunt om even bij te komen. Gitarist Jean Fossat (broer van de bassist) gooit er hier en daar ook nog wat rondzingende space-geluiden of synths in, wat een fijne verdieping oplevert op het rondzingende scherpere gitaargeluid. De band schakelt voor mijn gevoel dan later in de set meer naar toegankelijkere stoner/psych, waar soms ook op te dansen valt. Neem het slotstuk met de (bekende) lange uitsmijter “Lions, Tigers and Bears”, waarbij het publiek weer even helemaal uit z’n dak gaat vooraan, lekker moshen in de pit. Geniale outro van een enigszins verrassende set. Wereldband.



Even bijkomen dan, waarna we ons toch nog wagen aan het tweede deel van het optreden van GNOD in de kleine zaal, dat hier weer lekker compromisloos door staat te beuken met hun industrial psychdoompunk of hoe je het ook wilt noemen. Dit keer maar met een drummer in plaats van twee, maar het knalt niet minder hard allemaal, tot 106 dB op de meter bij de PA wordt het een masochistische set voor lijf en leden. Zo ken ik de Britse band ook wel. Ja, je moet zin hebben in dit soort rechtlijnige ramwerk, maar gelukkig kan ik het aardig hebben vandaag. Genadeloos.


Ook bij Colour Haze in de grote zaal komen we wat later binnenlopen, want het is ook erg gezellig buiten de zalen. De Duitsers mogen invallen vandaag voor Stoned Jesus, dat net als Somali Yacht Club (vervangen door The Machine) uit Oekraïne komt. Beiden moesten door de situatie daar afzeggen. Colour Haze had ik al vaker gezien, maar hier vullen ze het hoofdpodium toch met verve moet ik zeggen. De vorige keer hadden ze ook al die extra toetsenist/elektronica-speler (Jan Faszbender) bij zich en dat vond ik al aangenaam in hun mix klinken. Vandaag is de gloedvolle psych uiterst dansbaar, met een prima drummer (Manfred Merwald), zo valt me op vandaag. De band is al meer dan 25 jaar bezig en dat hoor je er ook wel aan af. Prima gitarist natuurlijk, deze frontman Stefan Koglek. Het festival lijkt ten einde te lopen voor een aantal bezoekers, want de zaal oogt een stuk leger tegen het einde, maar vooraan wordt nog tot op het laatst heerlijk stevig doorgedanst.



Afsluiter Ecstatic Vision zagen we vorig jaar nog een energieke show geven in Merleyn en vanavond is de band gelukkig ook in vorm en de Amerikanen hebben duidelijk zin om de boel nog even goed op stelten te zetten. ‘Het trippy broertje van The Stooges, Monster Magnet en Hawkwind’, zo stond wel eens in de omschrijving. ‘Trance inducing raw heavy psych’, aldus de band zelf. Voor iedereen die nog even de laatste energie uit het lijf wil halen. De man op links gooit er met een grote glimlach extra smaak in met sax, fluit en extra gitaar, alsof het allemaal niks extra’s kost. Sonic Whip gaat dansend kopje onder. De band gaat volgens mij nog tien minuten of een kwartier langer door dan op de laatste planningen stond, maar dat deert niemand.


Wat een succesvol festival is dit toch weer, mede door de relaxte organisatie en het fijne publiek, maar ook gewoon door een heerlijk programma met bijna alleen maar goede acts. Het portie psych en stoner dat we dan op Roadburn mistten dit jaar, wordt hiermee in elk geval ruimschoots gecompenseerd en in ruime porties geserveerd. Dat smaakt heerlijk. Maar goed, het is ook maar wat je leuk vindt natuurlijk. Je merkte in de gesprekken met bezoekers een fijn soort broederschap van gelijkgezinden. We maken nieuwe vrienden voor het weekend. En ik heb geen enkele klacht gehoord, alleen maar positieve reacties en daarmee hing er het hele weekend een opperbeste vibe rondom Doornroosje, dat dit natuurlijk weer geweldig had georganiseerd. Veel beter dan dit wordt het niet. Tot volgend jaar!
Pingback: Gezien: Desertfest Antwerp 2023, Trix, Antwerpen – t-beest
Pingback: De 50 beste concerten van 2023 – t-beest
Pingback: Weekplaat 24-4: Slift – ILION – t-beest