Gezien: Soulcrusher 2023

Jawel, het is weer tijd voor het jaarlijkse zielverpletterende Soulcrusher in Doornroosje. Ik verwachtte vooraf niet direct heel veel van deze zevende editie, moet ik zeggen. Het kaartje had ik als een blinde vink in de early bird gekocht, maar van de bands op het affiche werd ik niet direct hel-vretend warm. Maar ik laat me graag verrassen. Of verassen. Misschien beter in deze context. In die zin zaten er ook wat onbekende bands tussen, wie weet wat dat oplevert. De sfeer, ambiance en (vele) speciaalbieren zijn toch altijd top, dus wat maakt het ook uit. Headliners als Alcest (op vrijdag), Enslaved en Cult of Luna (op zaterdag) had ik al vaker gezien en waren geen must-see acts voor ondergetekende. Maar toch. Achteraf vond ik het muzikaal wisselend, maar er waren genoeg toffe dingen te zien en enkele positieve verrassingen. Of verassingen dus…

Twee dagen met een hoop schreeuwbands, maar ook wel – opvallend genoeg – genoeg fatsoenlijke zangers en zangeressen. Alles bij elkaar staat er toch wel van alles wat. Als standaard disclaimer tussendoor: ik ben niet zo van de blackmetal en hardcore schreeuwbands met dichtgesmeerde gitaarshredders en blastbeats, dus verwacht daar geen zinnige opmerkingen daarover van mij. Maar goed, op zaterdag waren er opvallend veel prima zangeressen en een aantal bijzondere acts in het café, toepasselijk gedoopt als black stage. Dat podium was dit jaar toegevoegd op de zaterdag (vanaf 17:00), naast de standaard paarse (klein) zaal en de rode (grote zaal). Ik vond het vooraf al zo gek dat er zoveel acts op de lijst stonden voor die dag. Prima dus, want iets meer extra keuze en dat verdeelt het publiek een beetje op de drukkere zaterdag. Met de drukte vind ik het meevallen, de vrijdag was volgens mij net niet helemaal uitverkocht, maar de zaterdag wel. Gek genoeg voelde het niet te druk op zaterdag bij de hoofdacts Enslaved en Cult of Luna, of niet iedereen was er gewoon op het zelfde moment dit jaar. Houden zo. Hieronder weer een soort persoonlijk sfeerverslagje dus. Niet leuk? Zie ook andere verslagen van 3voor12 (vrijdag / zaterdag) en NMTH (vrijdag / zaterdag) en Zware Metalen (vrijdag / zaterdag).

Vrijdag

Op vrijdag kom ik binnenlopen in de kleine paarse zaal waar Silverburn bezig is, het is al gezellig maar niet te druk, zo op deze vrijdagmiddag. De band is een project van multi-instrumentalist James Isaac (a.k.a. Jimbob) uit Wales, opgestart in de lock-down winter van 2020, en ze staan hier als trio, met lome, doomy en/of staccato-achtige (sludge) riffs en wat hardcore-achtig schreeuwwerk. Twee gespierde kerels op gitaar, muziek met gebalde vuist. Metal, sludge, hardcore, in die hoek. De tempowisselingen en breaks vind ik heel aardig, de nummers onderling variëren echter niet al te veel en dat is dan wel weer wat jammer.

The Devil’s Trade daarna in de grote zaal is ook een soort project dacht ik, van de Hongaarse singer-songwriter Dávid Makó bekend van zijn donkere folk, blues en Americana, zo lezen we in het boekje. De grote zaal buldert door de dikke, harde basdrum, wat het hele project ineens een wat doomy swing geeft. De sfeer is wel aardig zo, ik kan er wel een beetje in meegaan. Ook dit project wordt als trio geserveerd vandaag, met spelers op elektrische gitaar/zang, Moog/elektronica en drums. Het beukt soms lekker door, maar het blijft wel lang hangen in het lome en kabbelt daardoor wat. De zang is zeker mooi met misschien een beetje veel hartzeer, maar je kunt hierdoor wel mooi wat extra zieltjes knijpen natuurlijk.

Even een pauze om daarna nog een stukje van Witching te zien in de kleine zaal, een Amerikaanse (Philadelphia) band, opgericht in 2017, met zoiets als deathblackmetal (en sludge), geserveerd door vier vrouwen zo te zien en een extra gitarist. Het marcheert hier en daar echt lekker door, op een enkel moment met wat meer rustige melodie om even mooi op adem te komen. Niet al te black dit, wel wat veel dichtsmeermetal en schreeuwzang (van zangeres/gitariste Jacqui Powell) voor mijn smaak wellicht.

Afsky is dan een band waar ik zelf minder mee kan, maar de grote zaal staat aardig vol (de balkons gaan nog niet open, pas om 19:15). Deense blackmetal dus, en ook weer genoemd als een project, dit keer van Ole Pedersen Luk. Bij deze band bevalt me dan wel dat er wat sfeer en melodie (of aardige akkoordenreeksen) in zit, mooi aangekleed met een tweetal grote takken met daar bovenop wat vlammen. Maar toch. Iets te black voor me. Tijd voor een Dürüm döner en daarbij mazzel dat het nu even niet zo druk is bij The Doner Company om de hoek. Op tijd terug in de kleine zaal voor een van de betere acts vandaag, in mijn oren dan. Het Poolse Belzebong zagen we al eerder in 2019 in het Nijmeegse Merleyn de boel afbreken in een rustige zaal. Categorie heerlijk lompe doom/stoner, geweldig geserveerd door de drie gitaristen vooraan, waarvan de rechter (voor de kijker) er ook weer die smakelijke solo’s tussendoor gooit. Dikke fuzz met vettige bassen en strak als een gek. Beetje richting Bongzilla of Bongripper, als we verder associëren op de naam ‘bong’, zo schreef ik al eerder. Of neem Monolord, Conan, Dopelord, Electric Wizard. Dat werk. Met extra baarden, zweet en houthakkers-mentaliteit. Heerlijk hoogtepuntje van de dag, en dat ligt aan de energie en prima spel van de band, maar ook omdat ik dit spul gewoon graag lust in grote porties.

Panzerfaust uit Canada, actief sinds 2005, in de grote zaal klinkt als een brute muur van geluid. Black dus, met van die snelle blastbeats, volgesmeerd, raffeldrums en riffs. Imposant is de verschijning van de gruntende zanger. De balkons zijn open en het staat lekker vol, maar zoals gezegd is dit niet helemaal mijn ding, zo dichtgesmeerd. Dan heb ik liever de dynamische riffs en gitaarwerk van een Belzebong.

In de kleine zaal PUPIL SLICER (met hoofdletters blijkbaar), dat dit jaar ook op Roadburn stond, maar daar stond een enorme rij en dat hebben we toen maar overgeslagen. Geen trio, maar ze zijn met vier, met ook vocaliste en gitariste Kate Davies. Mooi zooitje ongeregeld, denk ik nog, met een beetje de vibe van mathcore, ook wel vergeleken met bands als The Dillinger Escape Plan, Converge en Deafheaven. Stuiterende overgangen. De complexiteit wordt lekker aangewakkerd door strak baswerk en de gitarist doet opvallende relaxed zijn complexere gitaarloopjes. De drums vind ik dan wel wat simpel, ook al komen er meer complexere maatsoorten of overgangen voorbij. Fuck the tories! Dat de zaal wat leger loopt snap ik dan niet helemaal, maar ik denk dat ze op tijd bij Misþyrming uit IJsland willen zijn in de grote zaal en die sla ik voor het gemak over, want blackmetal en zo (sorry).

Het geeft me wel de gelegenheid om ruim op tijd te gaan staan bij Violent Magic Orchestra (afgekort tot VMO) in de kleine zaal. Deze Japanse act stond ook op Roadburn 2018 en toen werd ik ook al aardig weggeblazen. In het donker vooral, met stroboscopen als pompende verlichting, die knipperen op basis van het aanwezige geluid op het podium. Het is nu beter te zien dan op Roadburn, met werkelijk geweldige visuals op de achtergrond en prachtige aankleding van de muzikanten, die hier en daar met lichtjes zwaaien. Techno, industrial, blackmetal, noise, soms op een bedje melancholische synths. Wat betreft performance, gekkigheid en intensiteit een beetje als Igorrr, maar dan weer anders. Muzikaal wordt het aangestuurd door synths/elektronica, aangevuld met elektrische gitaar en de prachtige theatrale act van de frontvrouw op de voorgrond, die ook intens zingt. “Spike” (ik verwijs naar zijn muts) kruipt regelmatig achter zijn desk vandaan, klimt overal op en verschijnt ook even in het publiek. Theatraal en intens, iets waar ik ook helemaal in mee kan gaan. Open bek..

Even bijkomen. Dat zou kunnen met Alcest, waar ik even later binnen loop. De zaal is weer lekker gevuld voor deze headliner vandaag en dat is niet zo gek. De Franse band zag ik vorig jaar nog in de grote zaal van 013 op Roadburn en daar maakten ze wat meer indruk, gek genoeg. Ook vandaag spelen ze het album Écailles de Lune in het geheel, dus daar ligt het dan niet aan. Misschien is het ook wel dat intense optreden van VMO net, waardoor dit wat tam/matjes klinkt, maar wat betreft beleving op het podium mis ik toch wat. Natuurlijk is het niet slecht, de sfeer is nog altijd fijn met een soort Franse sprookjes-postmetal, hier en daar wat steviger aangezet, maar ik mis een stukje begeestering. Het ziet er wel routineus uit wat de heren doen. Maar eerlijk gezegd sta ik nu ook wat verder naar achteren, dus dat zou ook invloed kunnen hebben.

Het Schotse Ashenspire is dan nog wel de energieke afsluiter in de kleine zaal, geruild met Belzebong vanwege productietechnische redenen. Ze zullen wel niet eerder op de dag kunnen of zo. Ook deze band zagen we eerder op Roadburn, namelijk dit jaar. Geluidstechnisch komt het hier wat beter uit de verf in mijn herinnering, met iets minder nadruk op de shreddende gitaren, die de boel vorige keer wel erg dichtsmeerden. Wat meer bonkende riffs zou deze band nog wat beter passen. Avant-garde/progressieve black-metal dus, al vind ik het randje black wel meevallen. Ze serveren het ook potsierlijk, met het ontblote bovenlijf en Schotse minirokje van de saxofonist (echt fijn zo’n sax-geluid in dit soort muziek vind ik altijd) en ook de uitbundige zanger trekt zijn bovenkloffie op een gegeven moment uit. Even nog alle energie er uit persen op de vrijdag. Het is niet helemaal 100% mijn ding, merk ik, maar dat zal het publiek een terechte worst wezen. Het is met verve gebracht en zet een dikke punt achter de dag, waarin persoonlijke hoogtepunten als Belzebong en VMO echt excelleerden.

Zaterdag

Ik moet even opstarten op zaterdag, even bijkomen van gisteren. Het is ergens tussen 14:00 en 14:30 en ik voel de behoefte aan koffie in plaats van bier, dus dat neem ik dan maar even. Met bekertje en al sta ik in de grote zaal in afwachting van het Belgische Slow Crush en daarmee mis ik Witte Wieven in de kleine zaal. Beetje de energie verdelen vandaag.

Slow Crush uit België is dan wel een interessante andere eend in de bijt, categorie shoegaze en dreampop (en tech-core, post-rock, indie, post-punk en zelfs grunge als ik andere websites moet geloven). De band viel me al wel eens op op het online ESNS-festival in 2021 en heb de band blijkbaar nog gemist op Roadburn 2017 in het kleine Cul de Sac, al had ik het toen niet direct aangestreept als must-see. Zoals wel wat vaker in deze grote zaal begint het optreden met erg dikke en wollige bassen, maar gelukkig komt dat in de loop van het optreden wat beter in balans. Fijn wat anders alvast op dit festival met ook de wat etherische zang van (de Brits-Filipijnse) Isa Holliday, tevens bassiste. Dit is het eerste optreden met GGGOLDDD en Cult of Luna, merkt ze nog op, bands die hier dus ook staan vandaag. Dromerige gitaarwolken, stevig als het kan. Melodie en sfeer gaan hand in hand hier. Loom, maar ook wat sneller ergens, om daarna weer erg rustig te vervolgen. Ik vind het wel een mooie overgang na Alcest gisteravond en zeker fijn als opstarter vandaag.

In de kleine zaal speelt Fvnerals, dat overigens opgericht is in Brighton in Engeland rond 2013, maar sinds 2018 opereert vanuit Duitsland (Leipzig). De band, die in 2020 op Roadburn zou staan geloof ik, bestaat uit het duo Tiffany Ström (zang en bas) en Syd Scarlet (gitaar) en mixt, naar eigen zeggen, elementen van ambient, doom, drone en post-rock (en op bandcamp ook tags als shoegaze en slowcore toevoegt). Vooral dromerig, donker en loom in mijn beleving, met mooie visuals. Het duo wordt hier aangevuld met een drummer (Thomas Vaccargiu misschien), wat denk ik wel fijn is voor de betere live-beleving. Ook fijn: schone feeërieke zang, altijd beter dan zwetende brulboei-mannen. Fijn sfeertje weten ze aan te brengen hier. Hier nog een aardige video van hun optreden in 2019 op het Belgische Dunk!-festival.

Over prima zangeressen gesproken. GGGOLDDD, eerder op Roadburn Redux (check hier op Bandcamp) en Roadburn 2022, speelt een mooie, persoonlijke set. Zangeres Milena Eva zingt over haar heftige gebeurtenissen, materiaal afkomstig van het album This Shame Should Not Be Mine, vandaag aangevuld met materiaal van de recente EP PTSD. De band is gegroeid. Er klinkt meer elektronica, elektronische drums en (gelukkig) geen dichtgesmeerd elektrisch gitaarwerk, wat het veel subtieler maakt dan dat ik ze ooit eerder zag. Een toegankelijk nieuw nummer als “I Let My Hair Grow” van die laatste EP komt bijvoorbeeld erg mooi over. Je voelt zowel de pijn en kracht van Milena Eva, die hier mooie theatrale bewegingen maakt met haar armen en vlak voor het afsluitende “On You” verwijst naar haar seksueel misbruik. Ik vind het uitermate dapper. Haar zang wordt door een vocoder vervormd en ze zingt: ‘You put your filth on me, I will shake off that dirt, Whatever you throw at me is on you.’ De zaal is muisstil.

Vandaag staan er ook acts in het café (black stage) vanaf een uurtje of 17:00, tegelijk met de acts in de kleine (paarse) zaal. Dat wordt een beetje kiezen dus. Norn is een Nederlandse act en project van Peter Johan Nÿland, die je ook kunt kennen van Distel (als Æter geloof ik). Een interessante act van het Moving Furniture Records-label. Hier staat hij in wit monnik-gewaad, met een lange houten ketting en bedekt gezicht. Uit zijn laptop komt donkere, spooky, vervreemdende ambient/drones en hij zingt/praat daar met een soort horror-effect overheen, terwijl de visuals deels op zijn witte kleding worden geprojecteerd. Ik vind het wel geinig, zeker even een momentje w.t.f. is dit nu weer? Hoewel het niet vol (blijft) staan hier, vind ik het wel interessant, misschien ook omdat ik dit soort spul wat meer ben gaan waarderen sinds ik naar X-Rated luister op de concertzender op zondagavond, het zou er ook mooi passen. Aan het eind klinkt het ’thank you very much’ al net zo eng door de vervorming en daar moet ik toch ook weer even om lachen.

Stukje schreeuwerig post-hardcore dan met Svalbard uit Engeland in de grote zaal. Zangeres Serena Cherry zing ook wel clean, maar dat overtuigt me dan wat minder. het is vooral van de grote gebaren dit, marcherende doorstoempmetal, fijn uptempo, dat wel, maar toch te veel hardcore voor mijn smaak.

En jawel, weer een zangeres vandaag. Ook Lys Morke (Irene Talló) kan goed en mooi zingen, het is toch opvallend hoeveel er staan, zeker vandaag. Ik vind het wel een aangename verademing tussen al het geweld, dat hier natuurlijk ook op Soulcrusher te vinden is. Verandering van spijs doet het beest ook wel voeden. De singer-songwriter, producer en visueel artieste woont in Barcelona. In de basis is de muziek elektronisch, met ook elektronische drums en gebruik van een cymbal door de (laten we zeggen) drummer. Het is mooi gezongen, dat zeker, maar ook wat meer van hetzelfde en een tikkeltje eenvormig na verloop van tijd. Fijn zijn de aardige, licht dansbare beats. Zeker op zo’n festival als dit had ik het graag nog wat meer sinister gehoord, wellicht zou een extra elektrisch gitaar helpen. Maar goed, toch weer even een bijzonder tussendoortje.

Veel onbekende bands op dit festival voor mij, zo ook Ahab, dat omschreven werd als (een van de titans van de) funural doom, opgericht in 2004 en genoemd naar kapitein Ahab uit Moby-Dick. De grote zaal dreunt vanaf het begin, met blastbeats en roggelgrunts vanaf het begin. Nou mooi, klaar om weggeblazen te worden, maar gek genoeg blijft de band daarna steken. Het komt niet verder van de grond en lijkt wat te blijven hangen in goede bedoelingen. Veel tussenstukjes en dat haalt het tempo er wat uit, hier en daar wel wat sneller gespeeld, en hier en daar ook cleane zang, maar ik mis wat overtuiging en impact van deze Duitse band en meer mensen verlaten de zaal.

Een stuk Helen Money dan in het café, die net zoals Norn eerder hier alleen optreedt met haar cello als belangrijkste compagnon. We hebben al eerder gezien met Jo Quail op Roadburn bijvoorbeeld, dat dit soort muziek goed kan werken op zo’n zwartgallig festival en ik hou wel van deze diversiteit aan stijlen en acts. Money komt uit Amerika en zou met meerdere artiesten hebben samengewerkt zoals (het Japanse) MONO en ze heeft geopend voor bands als Sleep, Shellac, Earth, Mono, Neurosis en Russian Circles. Inspiratie haalt ze niet alleen uit Pablo Casals en Shostakovich, maar ook Jimi Hendrix en The Minutemen, zo lezen we op Bandcamp. We horen uiteraard cello met wat effecten, loops en misschien nog wat aangevuld met andere geluiden, al kan ik dat niet helemaal goed horen (of zien). Mooi om even weer in een andere wereld te stappen, al blijft het café ook een plek waar het achterin wat rumoerig is en dat stoort wat.

Dan een van de hoofdacts van het festival; het Noorse Enslaved, opgericht in 1991 door de Ivar Bjørnson en Grutle Kjellson met een debuutalbum in 1994. De band zag ik wel eerder, zoals in 2013 en 2019 op FortaRock. Ze zouden hier al in 2021 staan, maar toen werd dat afgezegd. Vergeleken met het optreden in 2019 in de tent in het Gofferpark is de band veel en veel beter vandaag, of zo komt het op me over. Toen vond ik het geluid wollig en matig, vandaag staat alles super goed in de mix, laat dat ook maar aan de installatie en geluidskunstenaars hier over, maar de band speelt ook gewoon met enorm veel meer passie en gedrevenheid dan ik me van dat laatste optreden kon herinneren. De bandleden zijn in vorm en goed getraind, hebben er plezier in, en doen hun uiterste best om hier ook een headline-waardige show neer te zetten. Iets van drie nummers komen voorbij van het laatste Heimdal, aangevuld met nummers van vier andere albums, waaronder het onvermijdelijke “Isa” van het gelijknamige album uit 2004. Opvallend weinig cleane zang dit keer (ook niet, of niet veel van Håkon Vinje, sinds 2017 bij de band), ik zie wel drummer (sinds 2018) Iver Sandøy ergens nog wat zingen ook. Ik geloof nog steeds dat het ergens in de hoek van progressieve blackmetal wordt geplaatst en dan ben ik niet zo’n fan van blackmetal, maar in deze vorm lust ik de band wel rauw. Dynamisch en met veel glans, bevlogen en strak. Wat een goed optreden. (setlist)

Een stukje Mütterlein, band uit Frankrijk. De band brengt zoiets als post-metal, doom, donkere ambient, industrial en noise, waarbij alles omhuld wordt door een zwartgeblakerde uitstraling. Het gaat er lekker op in elk geval in het café, waar achterin weinig te zien valt, want het podium is niet alleen laag, alles wordt verhuld in een dikke wolk mist. Het klinkt best intens, maar (met schreeuwzang van weer een zangeres, ik dacht Marion Leclercq) niet helemaal iets voor mij, althans voor nu even. We gaan op tijd naar de grote zaal voor het Zweedse Cult Of Luna (al eens gezien op Roadburn 2016, op Roadburn 2018 met Julie Christmas, en op FortaRock 2019) voor een potje atmosferische sludge/doom/post-metal en (post-)hardcore en progressieve elementen. Of zoiets. Dat de zaal helemaal niet propje vol staat (bij Enslaved viel dat ook mee), is toch wel opvallend voor een uitverkochte festivaldag, maar wie maalt daar om. We hebben iets meer ruimte om te dansen, op de plek waar we staan dan. Ergens is dit iets minder subtiel dan Enslaved. Cult of Luna speelt als een stel dikke sloophamers, met ook een brulboei als zanger, maar dat stoort me hier wat minder. Twee drummers ook, zodat we helemaal ritmisch in puin worden gehakt hier. Nou lekker. Goed voer voor headbangers. Net als bij Enslaved ligt hier de nadruk op het laatste album, met iets van vier nummers van het vorig jaar verschenen The Long Road North, waarvan het eerste “Cold Burn” vanavond ook als eerste wordt gespeeld. Het volume gaat inmiddels nog een stukje verder omhoog en mijn oordoppen ploppen bijna uit mijn oren. Okay, misschien wel een tandje te hard eigenlijk, maar het is gewoon strak wat de heren hier lopen te doen en het optreden is dik intens. Daarmee zijn de headliners vandaag eigenlijk verrassend sterk en veel imposanter dan ik dat vooraf zou verwachten (setlist)

Even afpilsen met het laatste stuk van LLNN in de kleine paarse zaal, dat op de een of andere manier ooit op mijn wensenlijstje kwam te staan om live te zien, maar waarom kan ik niet helemaal meer herinneren. En bovendien gemist op Roadburn 2022. De Deense band, actief sinds 2014, maakt een soort beukende post-/sludge-metal, met hier en daar wat meer sfeer en opbouw. Lekker die synths ook, maar ook weer wat lelijke schreeuwzang. Hoort er een beetje bij, dus vooruit, nog even lekker doorbeuken met wat goeie riffs om de boel nog even energiek af te sluiten.

Ja, toch genoeg lekkers kunnen zien dit Soulcrusher-weekend, al ging ik er niet heen met heel veel hoge verwachtingen. Hoogtepunten in mijn oren en naar mijn smaak waren bands als Belzebong, Violent Magic Orchestra (VMO), GGGOLDDD, Enslaved en Cult Of Luna. Ook heb ik me (in meer of minder mate) vermaakt bij bands als The Devil’s Trade, Alcest, Ashenspire, Norn, Fvnerals en Slow Crush. Als reserve dan ook nog bands als PUPIL SLICER, Silverburn, Lys Morke, Helen Money en LLNN. Zoiets. En als hoogtepunt mag je ook wel weer de vlekkeloze organisatie noemen, de prima voorzieningen, goed en veel speciaalbier (prijzig, dat wel), en bovenal de rest van het publiek, aangenaam fijn, gezellig en vriendelijk als altijd. Komende week voor mij alweer het volgende festival (Desertfest Antwerp/Belgium) waar we een aantal bands terugzien, zoals LLNN, Enslaved, Cult of Luna. Tot het volgende verslag!

2 gedachten over “Gezien: Soulcrusher 2023”

  1. Pingback: De 50 beste concerten van 2023 – t-beest

  2. Pingback: Gezien: Grauzone 2024 (vrijdag), Paard, Den Haag – t-beest

Reacties zijn gesloten.

Scroll naar boven