King Crimson, een legendarische progrockband uit Engeland. Eerste plaat en mijlpaal in de geschiedenis van de progrock In the Court of the Crimson King stamt uit 1969 en toen zat ik nog in de boerenkool. Ik heb de platen niet, en het staat ook niet op Spotify, dus echt een kenner ben ik zeker niet. Toch ben ik wel een liefhebber van een aantal progrock(en -metal)bands, maar dan vooral in de tijd waarin we nu leven. Waar halen dat soort bands allemaal de inspiratie uit het verleden vandaan? Genesis, Yes, Rush, Tool, Iron Maiden en zelfs Nirvana noemden King Crimson als inspiratiebron, zo lezen we in de beschrijving van het concert van vanavond. En welke progrock of -metalband noemt de band eigenlijk niet als een van de grote voorbeelden. Zo is Steven Wilson (Porcupine Tree) ook fan van de band, en Opeth vast ergens ook wel (zeker gezien de laatste platen). En zeker ook het Noorse Shining, dat ook steevast “21st Century Schizoid Man” als uitsmijter op de setlist heeft staan, maar dan in de hardere jazzmetal-variant. Om maar eens wat bands te noemen.
King Crimson ontstond officieel in 1968 en is door de jaren heen in veel verschillende samenstellingen verschenen, met Robert Fripp als enige constante factor. De band is/was actief in de jaren 1968-1974, 1981-1984, 1994-1997, 2000-2004, 2007-2009, en 2013 tot nu, al kun je dat allemaal ook zelf nalezen op Wikipedia. Een stukje geschiedenis dus vanavond in TivoliVredenburg…
Bezetting
Robert Fripp is er vanavond uiteraard bij, mede-oprichter van King Crimson en inmiddels 69 jaar oud, begonnen met gitaar te spelen op z’n elfde, maar wat maakt dat uit verder. Maar liefst drie drummers vanavond waaronder eerder genoemde held Gavin Harrison (inmiddels 52), plus Pat Mastelotto (60 jaar oud, speelde ook in Mr. Mister, XTC, Hall & Oates) en Bill Rieflin (54 jaar oud, speelde ook in/met REM, Ministry, Revolting Cocks, Lard, Pigface, Swans en Nine Inch Nails). Op dwarsfluit/saxofoon vanavond Mel Collins die al eens bij de band zat rond – pak ‘m beet – 1970, net na die eerste plaat dus, tot circa 1972. Later dook hij nog op in Camel. In 2003 keerde hij weer terug bij de band. Op zang en gitaar is er Jakko Jakszyk, 57 jaar, pas sinds 2013 bij de club. Hij zat o.a. in bands als 21st Century Schizoid Band, Jakszyk Fripp Collins, Rapid Eye Movement, en zou ook lid zijn geweest van… Level 42. Bassist Tony Levin (69 jaar) is sinds 1981 vrijwel continu bij de band geweest en speelde ook bij o.a. Yes, David Bowie, Pink Floyd en Paul Simon. Hij is ook bekend van de bas op Peter Gabriel’s “Sledgehammer” overigens. En z’n Chapman Stick. Tony Levin houdt overigens ook een blog bij als Papa Bear. Hij zal na dit concert samen met drummer Pat Mastelotto (aangevuld met Markus Reuter) weer verder touren in Europa als Stick Men, nog te zien in Zoetermeer (Boerderij, 16 oktober) en Den Bosch (W2, 17 oktober).
Kijken we naar de originele bezetting van het eerste album, dan zien we dat (medeoprichter) Greg Lake al snel afhaakte en later bekend werd met Emerson, Lake and Palmer. Adrian Belew, lid in de periode 1981-2013 is er ook niet bij, die zagen we elders spelen bij Fank Zappa, Talking Heads en David Bowie. Diverse King Crimson leden speelden verder rond de jaren negentig in diverse samenstellingen als ProjeKct. Vorig jaar was in Nederland nog The Crimson Projekct te zien, destijds begonnen als een samenwerking van Tony Levin’s Stick Men met het het Adrian Belew Power Trio. Dat – eh – projekct bestond uit Adrian Belew, Tony Levin (vanavond ook aanwezig), Pat Mastelotto (hij ook), Markus Reuter, Julie Slick en Tobias Ralph. Maar goed, we hebben dus te maken met de samenstelling van King Crimson anno 2015, en deze 7 muzikanten zijn geen koekenbakkers. Integendeel.
Randzaken
Ik kocht een kaartje van 69 euro. Forse prijs, maar dat moet dan maar een keer. Ergens is dit onbetaalbaar, en hoe vaak gaan we King Crimson met Robert Fripp nog zien in de buurt. Ik had een staanplaats besteld, want daar hou ik nu eenmaal van. Dichter op de band. Lekker los staan. Maar de organisatie ruilde mijn kaartje zonder pardon in voor een plek op de tribune, want er mochten ineens alleen zitplaatsen verkocht worden. Dus zat ik ineens niet meer beneden, maar wat hoger rechts aan de zijkant. Dan heb je dus een duur kaartje en wordt je alsnog op een plek gezet die je liever niet wilt. Lekker dan. Toch is het zicht (boven)op band wel apart, ik zit aan de goede kant met (een van de beste drummers die ik ken) Gavin Harrison (ook Porcupine Tree) en Robert Fripp himself als eerste in het zicht, al zitten die twee wel een beetje met de rug naar me toe.
Concertduur: hoewel het om 20:00 zou beginnen, start de band pas rond half negen en is het twee uurtjes later weer klaar. Toch is dit afgemeten, het voelt niet té kort. Dit (tweede) concert in Utrecht is tevens de laatste van King Crimson deze tour. Het zou wat zijn als ze hierna nooit meer zouden optreden, dan heb ik de laatste in elk geval meegemaakt. Laten we het niet hopen. En ach, de Stones gaan ook door tot ze er bij neervallen, dus Fripp kan dat ook natuurlijk.
Geluid
Maar liefst drie drummers dus vanavond, die ook vaak tegelijk bezig zijn. Dat klinkt inderdaad soms net een tikkie te overheersend en licht galmend, maar toch is dat niet echt storend. Aan de zijkant is het geluid iets te mono voor m’n gevoel, maar ook dat stoort verder niet. Je wordt toch wel meegezogen in de muziek en de fabelachtige techniek en klasse van deze goed geschoolde muzikanten. Het geluid is verder helder, en oordoppen zijn op mijn plek nét niet nodig. De bas – bij Steven Wilson nog veel te overheersend – mist op mijn plek net wat punch vind ik, maar dat zijn kleine details. Als je beneden vooraan het podium zat zal het allemaal wel weer anders zijn geweest.
Muziek
Minder gefreubel dan gedacht, althans, waar het technisch gefriemel me nog wel eens stoort bij b.v. een band als Dream Theater of sommige andere progrock (en vooral) -metalbands (‘kijk mij eens stoer soleren en ingewikkelde toonladdertjes kunnen afwerken’) , is hier alles opvallend in balans. Ook opvallend: geen enkele splijtende gitaarsolo. Of heb ik dat gemist? Ik moest toch even denken aan de solo van Guthrie Govan op “Drive Home” van Steven Wilson tijdens een van de nummers, het had er gepast. Niks van dat soort krachtpatserij op gitaar dus. Fripp blijft er rustig bij zitten en doet z’n ding, alsof hij rustig een trui loopt te breien op een doordeweekse avond. Hij is vooral rustig bezig op z’n gitaar en pakt af en toe wat toetsen mee. Ik weet eigenlijk niet eens meer of ze nu nog ergens een mellotron hebben gebruikt (zoals op de eerste platen dacht ik), maar dan is me dat niet echt opgevallen. Zanger/gitarist Jakko Jakszyk heeft een uitstekende stem, nét niet overdreven, waardoor de ballad-achtige nummers ook voor mij heel goed te pruimen zijn. Dat zijn ook de momenten waarop de melodie de boventoon voert en je – in mijn gedachten – meer kunt spreken van symfonische rock in plaats van de wat meer technische progrock met van die ingewikkelde patronen. Dat kan een suikerzoete exercitie zijn, dat soort melodieus gezongen stukken, maar wederom vermijd King Crimson die valkuil door het goed te plaatsen tussen de meer technische nummers, die veelal voortgedreven worden door de drums/percussie van de drie drummers, al zit Bill Rieflin ook vaak aan het keyboard en wisselen de drummers elkaar überhaupt vaak en goed af. Rieflin is eigenlijk de rustigste drummer van de drie, en lijkt met bril en snor (huh? had hij die?) – zo lijkt het op afstand – op een keurige schoolmeester die rustig zijn werk doet. Een flink verschil met Pat Mastelotto op links die wel al zijn ziel en zaligheid in het spel legt, alsof zijn leven er vanaf hangt. Gavin Harrison op rechts speelt in zijn bekende stijl, met heel veel souplesse alsof het hem totaal geen moeite kost, maar ondertussen heeft hij wel een fabelachtige techniek. De drummers nemen hier dus duidelijk een hoofdrol, maar ook Mel Collins is soms prominent aanwezig met een paar mooie solo-momenten op fluit en sax, waarmee hij zo’n fijn jaren-zeventig tintje aan de muziek geeft. Ook hier doet me dat wat denken aan het werk van Steven Wilson’s metgezel Theo Travis, die er overigens de laatste keer dat ik Wilson zag (in dezelfde zaal) niet bij was. Uiteraard moet je er dan bij vermelden dat Wilson überhaupt de mosterd (voor een deel) bij bands als King Crimson haalt, niet voor niks heeft hij (relatief recent nog) de platen van Crimson geremasterd tot een 5.1 audio-mix. Dat wil ik ook nog wel eens een keer in de huiskamer beluisteren, maar dat zal wel prijzig zijn. Ik zag overigens twee setjes van iets van 180 euro liggen met een verzameling Crimson materiaal bij merchandise, maar dat gaat me wel heel erg ver. Ik ben toch niet gek.
Hoogtepunt
De solo van Gavin Harrison tijdens uitsmijter “21st Century Schizoid Man” bezorgt me kippenvel van onder m’n voeten tot bovenop m’n kruin. En dan met name ook het moment waarop de andere drummers + band invallen om het nummer te vervolgen, zo geniaal heb ik dit nog nooit meegemaakt. Daar zit ook ergens “”Hell Hounds of Krim” in verwerkt als ik de setlist mag geloven. Ik heb er geen verstand van. Waanzinnig dat slotstuk dus, beter krijg je het niet. Jammer eigenlijk dat de band dat nummer dan nog wat kort houdt, en niet – zoals in de coverversie van het Noorse Shining – het nog even lekker lang uitrekt tot oneindig porties. Maar dan toch. Mensen joelen en geven direct een staande ovatie, net zoals na het laatste nummer in de reguliere set (“Starless”), dat wat mij betreft ook tot hoogtepunt mag worden gebombardeerd.
Eindoordeel
King Crimson is legendarisch, dat is duidelijk, maar de vraag vooraf was of dat in deze tijd vooral in de naam zou zitten, of zouden ze het live ook nog steeds waarmaken? Goed, dan heb je niet exact dezelfde band als dik een halve eeuw geleden, maar wat een klasse-muzikanten staan hier in Utrecht. Bij grote vlagen was het geniaal in deze live-uitvoering. Perfecte progrock van een toonaangevende band in het verleden, en de band bewijst dat ook in deze tijd nog steeds te zijn. Alsof je even een uniek kijkje in de keuken van de meesters krijgt hoe dat er vroeger aan toe ging. En hoe progrock gespeeld hoort te worden. Daar kun je over lezen, maar het live meemaken is erg bijzonder en – met een wat ouderwets woord dan maar – subliem. Of noem het zeldzame perfectie. En daar had ik best wel eens een keer een smak geld voor over.
Het is dus geweldig mooi om je kennis van de progrockgeschiedenis bij te spijkeren door naar een concert te gaan, want wat wist ik nu echt van tevoren van deze band. Gewoon te weinig. Hoog tijd dus om eens wat meer de collectie van de band te duiken, en dan het liefst met behulp van die 5.1 surround mixen van Steven Wilson natuurlijk…
Pingback: Gezien: Steven Wilson, 013, Tilburg | t-beest's blog
Pingback: Play: album van de week (39, 2016): The Pineapple Thief – Your Wilderness | t-beest's blog
Pingback: Gezien: The Pineapple Thief, De Pul, Uden | t-beest's blog
Pingback: Gezien: King Crimson, De Vereeniging, Nijmegen | t-beest's blog
Pingback: Beestvideos (6) | t-beest's blog